Tramcolumn
13
Kwakersplein
(250509)
door Tom Mulder -
tommulder@amsterdamsetrams.nl
Tegen het eind van de 50-er jaren
ontdekte ik steeds meer over het Gemeente Vervoerbedrijf. Ik had
natuurlijk dat hele zware ongeluk gehad op het Marnixplein, waar ik
langzamerhand weer overheen was gegroeid. Er waren in de jaren daarvoor
nog meer leuke dingen. In 1950 kon ik me nog e.e.a. van lijn 18
herinneren, zoals de Unions, de Bergmann-wagens en de Tweelingwagens,
waarbij van twee Unions een grotere wagen was gemaakt. In de jaren’ 50
wist ik nog van de lijnen 11 en 12. Eerst werd lijn 12 opgeheven en lijn
11 volgde daarop.
Ik vroeg nog aan m’n ouders of ik met de
laatste rit van lijn 12 mee mocht, maar dat vonden zij voor een jongetje
van 8 iets te veel gevraagd. Dat vond ik toen heel jammer maar achteraf
wel terecht. Mijn moeder deed iedere week haar boodschappen op de markt
in de Ten Catestraat, die loopt van het Kwakersplein naar de
Kinkerstraat. Nou ging het me niet om de lekkere chocolaatjes van de
markt maar wel om de trams op het Kwakersplein. Met argusogen keek ik
naar al het trammoois in de Centrale Werkplaatsen. Zo zag ik in 1956,
dat de 453 van het zware ongeluk op 6 april 1956 maanden in de CW stond.
Pas in de laatste weken van zijn verblijf zag ik, dat de
ongelukstram de 453 was, omdat pas na het
schilderen de nieuwe rijtuigcijfers waren aangebracht. Ik kan me wel
herinneren, dat ik blij was, dat ik toen wist wie de boosdoener van de
zware klap was geweest. Iedere week was er wel wat moois te beleven.
Zoals een pas geschilderde drie-asser, waar de automatische treeplanken
waren vervangen door vaste treeplanken. Heel af en toe stond er ook een
‘gemoderniseerde’ blauwe wagen, zoals de 421, waar ik trouwens in 1958
nog als passagier in had gezeten. Niet lang overigens.

Op de laatste dag van het bestaan van lijn 12 rijdt de 332+808 op de
westelijke toegangsbrug. De vlaggetjes aan de beugel duiden op een
verjaardag van een lid van het Koninklijk Huis. Voor de tramliefhebbers
is het allesbehalve “vlaggetjesdag”. Let op de schaats op de
bovenleiding waarmee het elektrisch wissel bediend werd.
Foto C. van Mechelen
Van de kruising van
Woustraat tot de Tollensstraat. Sommige drie-assers stonden in de CW
hoog op bokken en heel af en toe werd er, in de lus van het
Kwakersplein, een rondje gereden met een AEG-er of een Siemens Shuckert,
die vaak was ingetuigd als lijn 7. Soms ook stonden ze gewoon voor de CW
geparkeerd. Nou had ik nog de mazzel, dat een van mijn ooms een heuse
trambestuurder was. Ik zag hem rond die tijd als bestuurder van een
drie-asser van lijn 17, toen deze lijn werd omgeleid via de
Bilderdijkstraat en de De Clerqstraat omdat de brug tussen de
Elandsgracht en de Kinkerstraat werd vernieuwd. In die jaren heb ik zo
veel verschillende trams in de CW gezien, dat ik er wel een boek over
zou kunnen schrijven.
VERVOLG DIASHOW: DE TWEE-ASSERS VAN
TOM MULDER
Want iedere tram had zijn
unieke nummer en bijna iedere keer waren het andere, behalve de 453.
Want die leek er wel heel lang te wonen. Maar dat zal met andere
ernstige aanrijdingslachtoffers ook wel het geval zijn geweest. Het
mooie met al die CW-bezoekers waren de glaasjes in de koplantaarns, die
daarin waren blijven zitten. Het leek dan net of er plotseling een lijn
3 of een lijn 16 op het Kwakersplein was verschenen. Die
lijnkleurglaasjes maakten van een tramwagen plotseling een echte tram.
Terwijl volgens de boeken er hooguit wagens van lijn 13 konden komen,
omdat deze lijn er een tijdje zijn eindpunt had gehad.
Eventuele fouten voorbehouden
(red.)
 laat een berichtje achter |