MEDIATIJDLIJN AMSTERDAMSE TRAM 1916
door Cees Pot
e-mail:
ceespot@amsterdamsetrams.nl
1916
26 januari 1916
Op de Haarlemmerweg botst een auto op een motorwagen van lijn 14. De
vier inzittenden van de auto worden eruit geslingerd, waarbij een
van hen een schedelbasisfractuur oploopt, en een ander, een
monteur,wonden aan zijn hoofd. De twee anderen mankeren niets. De
auto is zwaar beschadigd, van de tram breekt alleen een ruit.
8 februari 1916
Diverse kranten melden dat de plannen voor een elektrische tram door
de Zaanstreek vaste vorm beginnen aan te nemen. Er is een uitvoerend
comité van vijf leden gevormd onder voorzitterschap van wethouder
Duijs van Zaandam, waarin ook de burgemeester van Beverwijk en een
wethouder van Purmerend zitting hebben. Aan de adjunct-directeur van
de Gemeentetram, Ir. T.E. van Putten, is gevraagd een plan voor een
elektrische tramlijn door de Zaanstreek te ontwerpen. Deze heeft
zich inmiddels, met toestemming van burgemeester en wethouders van
Amsterdam, van deze taak gekweten, en zijn uitvoerige rapport,
compleet met tekeningen, aan de commissie te hand gesteld. Als het
allemaal doorgaat, zullen 14 gemeenten aan het tramnet worden
aangesloten. Het eindpunt in Amsterdam is gepland op de Nieuwezijds
Voorburgwal, tussen Spui en Raadhuisstraat, ter hoogte van het
kantoor van “De Telegraaf”.
De verlenging van lijn 4 voorbij de Watertoren, tot Trompenburg en
de gasfabriek, die zondag 6 februari jl. heeft plaatsgevonden,
betekent een groot voordeel voor degenen die graag langs de Amstel
wandelen, en voor de werklieden van deze fabrieken.
De verbreding van het Oostelijk Viaduct bij het Centraal Station
maakt het nodig om het tramverkeer daarlangs morgen 9 februari het
grootste deel van de dag stop te zetten. De lijnen 2, 4 en 9 zullen
rondrijden via Stationsplein Westzijde, en tussen het Stationsplein
en de Gemeenteveren zal dienst met bijzondere wagens onderhouden
worden.
De laatste dagen van lijn 12 als paardentram; open rijtuig 243
vertrekt van het Nassauplein op 5 augustus 1916. De bovenleidingportalen
op de brug op de achtergrond behoren bij de trambaan van lijn 5 richting
Spaarndammerstraat. De 243 maakt zijn laatste ritjes in Amsterdam; na
1916 is voor het voertuig nog een taak weggelegd op de tramlijn
Beverwijk-Wijk aan Zee.
Collectie Van Donselaar
11 februari 1916
In de De Clercqstraat verliest een conducteur zijn evenwicht, als
hij bezig is het beugeltouw van de motorwagen naar beneden te
trekken. Hij valt achterover, voor de wielen van een juist
passerende montagewagen. Hij wordt overreden en breekt een been.
Bij zijn besluit van 7 augustus 1915 heeft de gemeenteraad een
voorstel d.d. 30 juli 1915 van de S.D.A.P.-raadsleden Gulden,
Oudegeest, Miranda en Loopuit, om de Transvaalbuurt een
tramverbinding te geven om advies in handen van burgemeester en
wethouders gesteld.
Burgemeester en wethouders adviseren thans negatief.
Over de verbinding met dit stadsdeel heeft het college zich al
meermalen beraden, maar plannen stuiten steeds af op de passage van
de Staatsspoorweg. Zelfs als voor een overgang in de Linnaeusstraat
vergunning gekregen zou worden, hetgeen bij het toenemende verkeer
onwaarschijnlijk geacht moet worden, is het zeer de vraag, of er wel
een aan matige eisen voldoende tramverbinding mogelijk zou zijn.
Voor de Korte Overamstelstraat geldt dat evenzeer. Ondertunneling,
die in deze straat gelet op de geringe breedte praktisch onmogelijk
is, vormt gezien de aanhangige spoorwegplannen, voor beide plaatsen
een veel te dure oplossing. Het college meent daartoe niet te moeten
adviseren, en stelt voor het voorstel-Gulden c.s. af te wijzen.
12 februari 1916
Het ligt in het voornemen om op 1 oktober a.s. met het slopen van de
rechterzijde van de Vijzelstraat te beginnen. Eerst komt het deel
tussen Singel en Heerengracht aan de beurt; is dat klaar, dan kan er
in de verbrede straat dubbel spoor worden gelegd, en hoeft lijn 4
niet meer via de Reguliersdwarsstraat om te rijden.
Lijn 12 elektrisch met Union 57 in Sloterdijk in 1916.
Fotograaf onbekend
22 maart 1916
De gemeenteraad behandelt het afwijzende advies van burgemeester en
wethouders inzake de tramverbinding met de Transvaalbuurt.
Raadslid Gulden zegt, dat deze wijk weldra zo’n 20 à 30.000 inwoners
zal hebben en aansluit bij het groeiende Watergraafsmeer. Hij
vergelijkt deze buurt, die slechts één volkomen onvoldoende
tramverbinding heeft (lijn 9, C.P.) met een bevoorrechte buurt als
die rond het Concertgebouw, waar men naar alle kanten
tramverbindingen heeft. Als straks de bevolking van Uilenburg naar
de Transvaalbuurt verhuisd is, en Watergraafsmeer geannexeerd is,
wat dan? Het college onderschat de hele problematiek schromelijk. Er
moet een oplossing gevonden worden.
Raadslid Van Os heeft bezwaar tegen een gelijkvloerse tramverbinding
in de Linnaeusstraat, maar niet in de Overamstelstraat. Desnoods kan
er een lijn, los van de rest van het net, in deze buurt aangelegd
worden, en recht tot overstappen worden gegeven op de lijnen 9 en 5.
Raadslid Oudegeest denkt dat een verhoogde spoorbaan er de komende
tientallen jaren nog niet zal komen. De tramverbinding kan niet
wachten. Volgens hem zal de Overamstelstraat via een nieuwe brug
over de Amstel de hoofdverkeersweg naar Oost worden, en is
verbreding dan noodzaak. Een tramtunnel kan in dat geval wel op die
plaats komen. In het plan-van Os ziet hij geen heil.Hij vraagt om
nader onderzoek.
Raadslid Boissevain meent dat het omhoog brengen van de spoorbaan
wel aanstaande is, en dat daarop gewacht moet worden. Een andere
oplossing zou dan duur prutswerk zijn.
Wethouder De Vries antwoordt dat de tramdirectie de noodzaak van een
verbinding met de Transvaalbuurt zeer wel inziet. Er zijn reeds
plannen voor een verlenging van lijn 5 naar de nieuwe buurt buiten
de Haarlemmerpoort, en voor verlenging van de Kinkerstraat-lijnen
richting Sloten. Gelijkvloerse tramkruisingen in Linnaeusstraat en
Overamstelstraat zijn technisch onmogelijk door het drukke
spoorwegverkeer. De bomen in de Overamstelstraat zijn dagelijks 136
keer gesloten in de Linnaeusstraat 81 keer, resp. 400 en 297 minuten
per dag. Tunnels en bruggen zouden zeer lange toeritten moeten
hebben, en zijn vanwege het drukke verkeer onmogelijk aan te leggen.
Een afzonderlijke lijn zou slechts 1050 meter lang zijn, met een
ritduur van 5 minuten. Zo’n lijn heeft alleen betekenis voor wie
midden in de buurt woont. Daar heeft hij geen ¦ 60.000,- voor over.
Er zal echt op ophoging van de spoorbaan gewacht moeten worden.
Wethouder Vliegen meent dat Oudegeest te pessimistisch is.
Binnenkort is er van Rijkswege een belangrijke voordracht inzake
spoorwegplannen ten westen van Amsterdam te verwachten, en het
college wenst daar plannen aan de oostzijde aan vast te knopen.
Met het rijk en de spoorwegmaatschappijen is reeds overleg gaande,
en de minister heeft oog voor de problemen.
Een nieuwe brug over de Amstel is trouwens elders gepland dan bij de
Overamstelstraat.
Gulden vindt dat er in de Beukenweg wel een tunnel mogelijk is en
dat er al eerder sprake is geweest van een brug in de Linnaeusstraat.
Raadslid Miranda zegt dat ook aan de Eikenweg een tunnel mogelijk
is. Hij wil de technische bezwaren wel eens zwart op wit hebben, en
een deskundig oordeel daaromtrent. De buurt moet een verbinding
hebben. Het college moet dit advies terugnemen.
Raadslid Loopuit meent dat de bezwaren sterk overdreven worden, en
Oudegeest meent dat ze niet uitputtend onderzocht zijn. Als er geen
tunnels of bruggen kunnen komen, dan maar liften.
Wethouder De Vries zegt een tunnel bij de Beuken- of Eikenweg nog
eens te willen onderzoeken en wil het advies niet te terugnemen,
maar aanhouden. Aldus wordt besloten.
12 mei 1916
Het comité voor de aanleg van een tram door de Zaanstreek heeft
rapport uitgebracht. Een tramlijn van Krommenie door de hele
Zaanstreek naar Zaandam en vandaar naar Amsterdam wordt rendabel
geacht, een lijn naar Oostzaan en een naar Westzaan en van daar naar
Beverwijk worden ontraden.
28 juli 1916
Een arbeider die ’s ochtends in de Ferdinand Bolstraat op een
rijdende tram van lijn 4 wil springen, wordt overreden en vindt de
dood.
De laatste dagen van de
paardentram naar Sloterdijk - 5 augustus 1916
Bron: Van paardentram naar
dubbelgelede van W.J.M.
Leideritz
31 juli 1916
Naar aanleiding van het ongeval van 28 juli hekelt een
ingezonden stuk in “Het Volk” de weinige trams die er’s ochtends
voor werklieden rijden, die steeds vol zijn en met te grote
tussenpozen rijden, en vergelijkt dit met de extra trams die voor
het Stadion ingezet worden,
5 augustus 1916
In de Bilderdijkstraat wordt een 65-jarige vrouw die uit de tram
stapt, aangereden door een melkwagen, en raakt zodanig gewond dat ze
per rijwielbrancard naar het Wilhelminagasthuis moet worden
gebracht.
21 september 1916
In de gemeenteraad deelt wethouder De Vries op vragen van het
raadslid Ter Haar mede, dat de 70 nieuwe motorwagens en 70 bijwagens
bij de Nederlandsche Fabriek (Werkspoor) gebouwd zullen worden, dat
ze grote gesloten balkons en opschuifbare ruiten zullen hebben, en
dat lange open bijwagens van het Haagse type en wagens met
imperialen niet voor Amsterdam geschikt zijn.
Prentbriefkaart uit de verzameling van
Ad
Tiggeler
28 september 1916
In verband met het einde van de zomertijd wordt de aandacht er op
gevestigd, dat de diensten van de tram en de veren in de avond van
30 september normaal plaats hebben, onafhankelijk van de veranderde
tijdsaanwijzing van de klokken. Na de eerste aanduiding van
middernacht rijden er dus alleen remiseritten.
3 oktober 1916
In de Reguliersbreestraat botsen ’s middags een tram en een
vrachtwagen op elkaar. Beide worden licht beschadigd, en de tram
heeft 5 minuten vertraging.
14 oktober 1916
Per advertentie wordt aangekondigd dat op 19 oktober bij wijze van
proef een nieuwe lijn 19 zal worden ingesteld, met standplaats op de
Nieuwmarkt, en als ringlijn langs de St. Antoniesbreestraat,
Waterlooplein, route lijn 9, Stationsplein en route lijn 8 naar
Nieuwmarkt.
Het tarief bedraagt 5 cent, van Dam tot Stationsplein v.v. 2 ½ cent.
26 oktober 1916
Op de Haarlemmerweg bij de Van Hallstraat botst een chauffeur
met een door hem bereden chassis zonder carosserie met grote
snelheid tegen een tram van lijn 14. De chauffeur van het chassis
wordt er van af geslingerd en raakt ernstig gewond.
4 november 1916
Bij de behandeling van de gementebegroting voot 1917 vraagt het
raadslid Vos, of de 9-urendag voor het rijdend personeel niet te
lang is. Hun baan is enerverend, en er moet voldoende rusttijd zijn.
Het raadslid Loopuit vindt dat daar nu niet over gesproken moet
worden, nu er een advies van het college op het verzoek van “De
Pionier” over deze aangelegenheid op komst is. Hij wil nog eens de
aandacht vestigen op het ontbreken van een tramverbinding met de
Transvaalbuurt. Zijn verzoek is op 22 maart jl. afgewezen op
technische gronden, maar inmiddels is volgens de directeur Publieke
Werken een tunnel mogelijk, waarvan de kosten geraamd worden op ¦
275.000,-.Hij vindt dat de belangen van de buurt zo’n uitgaaf
wettigen.
Raadslid Fabius klaagt over de route van lijn 2, en wel de omweg die
deze moet maken om van de P.C. Hooftstraat op het Leidscheplein te
komen. Hij wil deze lijn laten lopen via Museumbrug en
Weteringschans.
Raadslid Gulden verklaart dat de exploitatie van lijn 5 verbeterd
is, maar nog altijd wacht er ’s avonds geen tram van deze lijn op de
laatste trein.
Raadslid De Miranda vraagt of er al een advies over de verbinding
met de Transvaalbuurt te verwachten is. Zo niet, dan wil hij een
voorstel daarover indienen. Men moet niet vergeten, dat zo’n
verbinding ook kan dienen voor de Watergraafsmeer, die eerdaags bij
Amsterdam gevoegd zal worden.
Wethouder De Vries is het eens met Loopuit, dat de
arbeidstijdenkwestie binnenkort moet worden besproken aan de hand
van een college-advies. Een tramtunnel naar de Transvaal-buurt is
technisch mogelijk, maar stuit op exploitatieve bezwaren volgens de
tramdirectie. De voorgenomen verhoging van de spoordijk maakt deze
zaak nog lastiger, en het college vindt, dat zij beter kan blijven
rusten. Een voorstel van andere zijde zal bij hen geen steun vinden.
Een omlegging van lijn 2 wordt al overwogen. Het is niet mogelijk
steeds een tram te laten wachten op de laatste trein.
Raadslid Smit stelt voor het vertrek van de laatste tram dan op 1.00
uur te stellen.
Wethouder De Vries zal dit met de tramdirectie bespreken.
Prentbriefkaart uit de verzameling van
Ad
Tiggeler
5 november 1916
In de Kinkerstraat wil een 6-jarige jongen ’s middags op een
rijdende tram van lijn 17 springen. Hij valt er af, en wordt door de
bijwagen overreden. Naar het Wilhelmina-gasthuis gebracht, blijkt
hij bij aankomst aldaar al te zijn overleden.
De behandeling van de gemeentebegroting wordt voortgezet.
Raadslid Raedt wil de Leidschestraat ontlasten door de trams
richting Koningsplein via Spiegelgracht, Spiegelstraat en
Heerengracht te leiden; terug kunnen ze via de Leidschestraat
blijven rijden. Hierdoor kan de ¦ 50.000,- kostende verbreding van
de bruggen in deze straat achterwege blijven.
30 november 1916
In “Het Volk” klaagt een abonnee er over, dat hij na een nachtdienst
op de Hembrug ’s ochtends op lijn 5 wil stappen, met fl.1,- wil
betalen, en als de conducteur geen wisselgeld blijkt te hebben, van
de tram wordt gezet, zodat hij naar huis moet lopen. Kan de
tramdirectie niet zorgen, dat conducteurs voldoende wisselgeld
hebben?
1 december 1916
Omtrent de nieuwe regels voor de wagenbezetting wordt meegedeeld,
dat op het achterbalkon van iedere tramwagen in voorkomende gevallen
2 passagiers meer dan normaal mogen plaatsnemen, en dat in de wagens
met langsbanken in de motorwagen 8 passagiers mogen staan, en in de
nieuwe bijwagens (met afsluitbare balkons) 6 passagiers. Ongewijzigd
blijft de regeling ten aanzien van: (a) alle voorbalkons, (b) de
motor- en bijwagens met dwarsbanken, (c) alle
ex-paardentrambijwagens en (d) alle bijwagens waarvan de balkons
zijn afgesloten met rolzeilen.
Het verschil is gemaakt, omdat in wagens met dwarsbanken niet
voldoende sta-ruimte is, en wat andere wagens betreft vanwege de
onderstellen en veren.
2 december 1916
’s Ochtends botsen in de Haarlemmerstraat bij de Brouwerstraat een
tram en een met twee paarden bespannen wagen met melkbussen op
elkaar. Van de tram breken de ruiten op het voorbalkon, en van de
melkwagen worden de voorwielen vernield. Persoonlijke ongelukken
deden zich niet voor.
18 december 1916
De tramdirectie wijst er via en krantenbericht op, dat het bedrijf
bij behoefte aan rijdend en technisch personeel altijd aanvragen
doet bij de Gemeentelijke Arbeidsbeurs. Sollicitanten moeten zich
daar melden; rechtstreeks bij de gemeentetram solliciteren heeft dus
geen zin.
Verantwoording en disclaimer:
Cees Pot heeft voor de totstandkoming van
deze tijdlijn de database van de website "Historische
kranten in beeld" geraadpleegd. Deze website is een initiatief van
de Koninklijke Bibliotheek. Deze instantie heeft ons toestemming verleend voor
publicatie op deze wijze.
*
Soms komen er in de artikelen fouten en onjuistheden voor. Om
wille van de authenticiteit is besloten deze ongewijzigd te laten.
laat een berichtje achter
|