
ZIE OOK DE BIJLAGEN >>
Wat is een tramdienst zonder
dienstregeling? Onbestaanbaar. Dus stelden burgemeester en wethouders
van Amsterdam "in hunne vergadering van den 8en Augustus 1916" een
dienstregeling voor de Gemeentetram vast die in het Gemeenteblad van
dat jaar is gepubliceerd.
Je kon in die tijd al vroeg met de tram mee. Wat vindt de huidige
tramgebruiker van zogenaamde "vroegritdiensten" die op werkdagen vanaf
5 uur voormiddags van beide beginpunten vertrokken? Deze vroege trams
reden op de lijnen 1, 3, 4, 5, 7, 8, 9, 10, 11, 13, 14, 17 en 18. Om
7.30 u. vond men het kennelijk niet meer "vroeg"; op dat tijdstip ging
de gewone dienst in die duurde tot 12 uur 's nachts. Nachtdiensten met
autobussen zoals wij die nu al ruim 40 jaar kennen waren er niet.
Sterker, autobussen waren er helemaal niet.
Kijken we, bijvoorbeeld, naar de dienstregeling van lijn 1 dan zien we
een acht-minutendienst tussen 5 en 6 uur, een zes-minutendienst tussen
6 en 8 uur en daarna een vier-minutendienst, "met 3 minutendiensten
naar behoefte". Kom daar nu eens om. Lijn 1 reed in het laatste geval
met 19 tramstellen, samengesteld uit Unions met bijwagens van de
619-serie en ook wel voormalige paardentrambijwagens.
Sommige lijnen hadden een afzonderlijke dienstregeling op zon- en
feestdagen. Deze lijnen waren de lijnen 2, 6, 12, 15 en 16.
Speciale dienstregelingen waren er ook. Op maandag en woensdag begon
lijn 6 een half uur eerder dan op andere werkdagen. Maar op die twee
dagen werd er dan ook veemarkt gehouden, tenminste als er op die dagen
geen feestdag op de kalender stond. Op lijn 11 waren er ook
spoordiensten die op beide stations (Station Muiderpoort en
Stationsplein) aansluiting gaven op treinen. Die diensten waren nogal
matineus; zo vertrok de eerste lijn 11 van Station Muiderpoort op
zondagen om 5.40 u. en werden vóór die tijd van de Dam al trams
ingezet naar het Centraal Station en het Station Weesperpoort in
aansluiting op vertrekkende treinen.
Op de dienstregeling is ook te lezen dat de lijnen 7, 10 en 17 een
omweg moesten maken in verband met de groentenmarkt in de Marnixstraat.
De "Combino's" van die dagen waren de motorwagens van de serie
236-300, in dienst gesteld sinds 1913. In 1916 was zojuist lijn 12 als
elektrische tramlijn in dienst gekomen. Er waren 18 tramlijnen
waarvoor men 320 motorwagens ter beschikking had. Tegenwoordig (2011)
zijn er 16 tramlijnen die echter een veel grotere netlengte vormen dan
de 18 lijnen van 1916. Vandaag de dag beschikt het bedrijf over 155
Combino's, 45 "hangbuiken" en 21 "blokkendozen", tezamen 221
motorwagens. Met het huidige wagenpark zouden frequenties als van 1916
niet te leveren zijn. Anderzijds is een moderne tram in staat tegen de
200 passagiers te vervoeren. De motorwagens van 1916 kwamen niet veel
verder dan een tiende gedeelte daarvan. Vandaar het gebruik van
bijwagens ("aanhaakwagens") op tijden waarin dat noodzakelijk was. In
1983 reed de laatste Amsterdamse bijwagen.
Cor Fijma - juli 2011
ZIE OOK DE BIJLAGEN >>
|