Bijlage:
Wagenpark
GTA-GVBA te Amsterdam (PDF)
GVB
autobussen
door: Cor Fijma
Op
deze site zijn al meermalen autobussen voor het voetlicht gebracht.
Meestal waren tramlijnen aan de orde waarvan moest worden vermeld dat
deze waren vervangen door busdiensten. Het omgekeerde kwam minder vaak
voor. In dit artikel zal wat licht – of nieuwe duisternis – in de
geschiedenis van de Amsterdamse gemeentelijke autobussen worden
gebracht.
In 1966 begon de grote instroom van de standaardbussen genummerd vanaf
295. Langzamerhand begonnen de lijnletters die de buslijnen een naam
gaven te verdwijnen. In dit verhaal worden buslijnen en bussen
beschreven die in de periode (1908) 1922-1968 door Amsterdam gereden
hebben. Ik beperk mij tot de bussen die aan voor- en achterzijde een
bord voerden waarop lijnletter of lijnnummer waren te lezen, dus de
zogenaamde “bordenbussen”. Begin- en eindpunt van de lijn werden ten
gerieve van de passagier getoond op de zogenaamde routelat aan
weerszijden van de bus die bovendien ten overvloede de lijnletter of het
lijncijfer toonde. Pas in 1954 verschenen bussen met lijn- en
richtingfilms.
De eerste autobuslijn was een lijn 14 die nogal doet denken aan de nu
bestaande tramlijn 14. Merkwaardig is dat deze autobuslijn tot twee keer
toe is vervangen door een tramverbinding.
Lijn 14 werd op 7 april 1908 ingesteld op de route Van Hallstraat-Tweede
Nassaustraat-Marnixplein-Westerstraat-Blauwburgwal-Singel-Raadhuisstraat-Dam.
Men behielp zich met in eigen beheer vervaardigde bussen door buiten
dienst gestelde paardentrams te plaatsen op vrachtautochassis. Daaruit
ontstonden de autobussen genummerd 1 – 7 die op genoemde datum hun
dienst aanvingen op lijn 14.
Als gevolg van veelvuldige defecten aan deze autobussen moest de
busdienst al snel worden stilgelegd. Met ingang van 25 juni 1908 was
lijn 14 al geschiedenis geworden.
Jarenlang bleef het stil waar het autobussen betreft tot in 1922 een
nieuw autobussenexperiment tot leven werd gebracht. De in 1921
geannexeerde gemeente Watergraafsmeer moest van openbaar vervoer worden
voorzien. Weliswaar opereerde op het grondgebied van die voormalige
gemeente de Gooische Stoomtram maar toch diende de gemeente haar nieuwe
stadsdeel van een verbinding te voorzien. Daartoe werd per 19 oktober
1922 buslijn A ingesteld op de route
Kruislaan-Middenweg-Linnaeusparkweg-Hoogeweg-Linnaeusstraat-Pretoriusstraat-Overamstelstraat-Weesperzijde-Nieuwe
Amstelbrug-Amsteldijk-Stadhouderskade-Leidscheboschje die de
geschiedenis zou ingaan als “Kraaienknip”. Waarom geen tramlijn naar de
Watergraafsmeer? De gelijkvloerse spoorwegovergang in de Linnaeusstraat
verhinderde dat.

lijn A, bus 56, Leidscheboschje, 1927
Prentbriefkaart

bussen van lijn A aan het beginpunt Brink in Betondorp, c. 1930.
Prentbriefkaart
Ook
Amsterdam-Noord kreeg in 1924 busverbindingen met andere delen van de
stad. Op 15 oktober 1924 verscheen lijn C op de route
Meeuwenlaan-Valkenwegpont-Beursplein, gevolgd door lijn B die op 20
november 1924 in dienst kwam op de route
Mosplein-Buiksloterwegpont-Beursplein. Plannen voor tramverbindingen via
de IJ-ponten zijn nimmer tot uitvoering gekomen.

lijn B, bus 131, Buiksloterweg, 1953. De lijnen A, B en C
hadden daar ieder een halte met abri.
Foto Jan Voerman †
Kennelijk zouden voor autobuslijnen voortaan letteraanduidingen worden
gebruikt. Ook in andere Nederlandse steden bestond dit gebruik,
bijvoorbeeld in Den Haag waar in 1956 alle “letterlijnen” in een
eenmalige operatie een nummer ontvingen. Het alfabet is nu eenmaal
beperkt tot 26 letters. In Amsterdam werden gaandeweg ook alle
letterlijnen genummerd. Pas in 1968 waren de laatste lijnletters
verdwenen.
De Watergraafsmeer kende – zolang er geen tram reed – liefst vier
buslijnen, de lijnen A, D, K en, gedurende korte tijd, een lijn L. Nadat
deze lijn L was opgeheven kwam een tweede lijn L in dienst op de route
Kamperfoelieweg-Valkenwegpont-Beursplein. In het noordelijk stadsdeel
verscheen ook een lijn M die landelijk Noord bediende.
In vrij korte tijd is een aanmerkelijk busnet opgebouwd. Op het
hoogtepunt in 1930 bestond het uit de volgende lijnen:
A. Tuindorp Watergraafsmeer (Onderlangs)-Leidscheboschje
B. Tuindorp Oostzaan (Papaverweg)-Beursplein
C. Meeuwenlaan-Beursplein
D. Tuindorp Watergraafsmeer (Onderlangs)-Tulpplein
E. Apollolaan-Station Muiderpoort (Pontanusstraat)
F. Zaanstraat-Leidscheboschje
G. Sloterweg-Station Willemspark
H. Museumplein-Kalfjeslaan
K. Archimedesweg-Leidscheboschje
L. Kamperfoelieweg-Beursplein
M. Nieuwendam-Durgerdam/Zunderdorp/Ransdorp
Samenvattend: er waren buslijnen naar/van Watergraafsmeer (A, D, K),
Noord (B, C, L, M) en enkele lijnen op perifere trajecten (E, F, G, H)

lijn F, bus 81 en lijn A, bus 11, Leidscheboschje, 1926
Fotograaf onbekend

lijn H, bus 68, Kalfjeslaan, 1928
Collectie J.M. de Kok

lijn L, bus 17, Buiksloterweg,
18-8-1934
Fotograaf onbekend
Voortschrijdende inzichten in de afwikkeling van het stadsverkeer
leidden er toe dat busdiensten zoveel mogelijk uit het stadscentrum
dienden te worden geweerd. Daarom werden per 15 januari 1931 de lijnen
A, B, C, F, H, K en L ingekort tot punten waar men kon overstappen op
een tramlijn. Daarbij zou het niet blijven: in 1932 zijn de lijnen B, C
en L verwijderd van het Stationsplein en ingekort tot de Buiksloterweg
waarmee zij geheel beperkt werden tot het stadsdeel Noord. Een gevolg
daarvan was dat de passagiers met bestemming Centrum per tramlijn 22 om
het Centraal Station werden vervoerd. Daarom kreeg die lijn zelfs
bijwagens toebedeeld.
De lijnen F en M waren inmiddels opgeheven.
De dertiger jaren leverden ook speciale nieuwe buslijnen op. Zo
verscheen in 1932 een lijn Hembrug-Stationsplein, alleen op werkdagen,
die werd aangeduid als lijn naar de Fordfabriek (lijn Ff) en in 1933 een
lijn Petroleumhaven-Stationsplein, alleen in de spitsuren, als lijn Ph.
In september 1934 heeft tien dagen een lijn T bestaan als
tentoonstellingslijn die een verbinding gaf tussen Amato (Markthallen)
en Stationsplein. Ook gedurende vijf dagen in 1952 heeft deze lijn T
gereden.
Buslijn E kon in 1936 worden opgeheven nadat tramlijn 8 was verlengd
naar het Westerscheldeplein. Een nieuwe lijn E dankte zijn instelling
aan de opening van het Amstelstation op 15 oktober 1939. Deze lijn kreeg
als route Station Haarlemmermeer-Amstelstation.
Een andere nieuwe verschijning was buslijn 19 die per 1 juni 1938
tramlijn 19 verving op de route Czaar Peterstraat-Stationsplein.
Op 1 april 1939 verscheen als speciale buslijn, alleen in de spitsuren,
lijn AI op de route Artillerie-inrichtingen – Stationsplein.

lijn Ff, bus 18, Stationsplein, 1937
Fotograaf onbekend

lijn K, bus 130, standplaats Van der Waalsstraat, 1937
Fotograaf onbekend

lijn D, bus 104, Huddekade, 4-6-1939
Fotograaf onbekend

lijn E, bus 144, Amstelstation, 22-10-1939
Fotograaf onbekend
Intussen was in 1939 de Tweede Wereldoorlog uitgebroken. Ook Nederland
raakte daarin in 1940 betrokken, met fnuikende gevolgen voor de
Amsterdamse buslijnen. Kon op 2 januari 1940 nog een nieuwe lijn F
worden ingesteld op de route Sloterdijk-Rozengracht, reeds op 22 mei
1940 moest deze lijn worden stilgelegd wegens nijpend gebrek aan
motorbrandstoffen, tezamen met de lijnen D, E, L en AI. Daarbij zou het
niet blijven. Op 1 juni 1940 verdween ook lijn K en tijdens de
voortgezette duur van de bezetting achtereenvolgens de lijnen H, 19, Ff,
C, Ph, B en G. Daarmee was per 6 september 1944 het gehele
autobusbedrijf stopgezet.
Het verdwijnen van de ingekorte lijn A had een heel andere reden. Nadat
tramlijn 9 op 15 september 1940 was verlengd naar de Middenweg
(Gaffelstraat) kon lijn A worden gemist.
De Duitse bezetters konden nu naar believen voor eigen doeleinden
gebruik maken van de Amsterdamse bussen, voorzover zij dat al niet
gedaan hadden. Tot in Parijs werden na de Duitse capitulatie Amsterdamse
bussen teruggevonden. In Amsterdam waren slechts 27 bussen nog aanwezig,
alle in defecte toestand.
Als eerste buslijn na afloop van de bezetting werd op 13 augustus 1945
lijn G heringesteld. In de jaren 1945-1946 kwamen achtereenvolgens de
lijnen Ff, Ph, B, C, 19 en H weer in bedrijf. Verdere uitbreiding van de
diensten moest wachten op de komst van nieuwe autobussen die in
1948-1949 verschenen in de vorm van 30 zogenaamde “Omvormers” serie
158-187.

lijn 19, bus 153, Blankenstraat, 1947
Foto J.M. de Kok

lijn G, “Omvormer” 171, Station Haarlemmermeer,
7-12- 1949
Foto Heymeyer
Per 1
januari 1951 kon het busnet geacht worden definitief te zijn hersteld.
Het bestond uit de volgende lijnen:
A. Floraweg-Buiksloterweg (voorheen lijn L)
B. Meteorenweg-Buiksloterweg
C. Purmerplein-Buiksloterweg
E. Station Haarlemmermeer-Amstelstation
F. Station Haarlemmermeer-Sloterdijk
G. Station Haarlemmermeer-Sloterweg
H. Station Haarlemmermeer-Kalfjeslaan
K. Kringlijn om het Centraal Station
(voorheen tramlijn 22 tot 9 oktober
1944, in de periode 22 juni 1950 tot 1 januari 1951 geëxploiteerd als
buslijn 22)
L. Sloterdijk-Nassauplein (tot 1 januari 1951 geëxploiteerd als tramlijn
18)
M. Czaar Peterstraat-Stationsplein (voorheen buslijn 19)
Ff. Fordfabriek-Stationsplein (alleen in de spitsuren)

lijn 22, bus 135, De Ruijterkade, 21-10-1950
Fotograaf onbekend

lijn L, bus 53, Nassauplein, 14-10-1951
Fotograaf onbekend

lijn K, bus 117, De Ruijterkade, 1952
Foto H.W.E. de Bock †

lijn P, bus 48, Piet Heinkade, 26-9-1953
In 1953 beschikte men nog over drie bussen die op benzine reden, de
wagens 48, 52 en 53
Kennelijk was men afgestapt van het nummeren van buslijnen door de
lijnen 18, 19 en 22 te “verletteren”. Op dit stramien werd doorgegaan:
op 12 maart 1953 verscheen een nieuwe lijn D op de route
Javaplein-Amstelstation, op 15 juni 1953 gevolgd door lijn P op de route
Javakade-Coenhaven. Lijn P kwam in dienst voordat de daartoe nodige
nieuwe bussen beschikbaar waren zodat men zich voorlopig moest redden
met van de HTM gehuurde bussen. Per 1 september 1954 verscheen nog een
spitsuurlijn Rox op de route Roxane-fabriek – Oostzaanstraat.

lijn D, bus 54, bijgenaamd “duikboot”, standplaats Amstelstation, 30-7-1960
Foto J.M. de Kok

lijn M, bus 61, Czaar Peterstraat,
16-4-1966
Tijdens de laatste jaren
van de “bordenbussen” werd een witte letter op donkere ondergrond
getoond.

Lijn H met "lage tikker" 89 (serie 86-105) op het
Stadionplein, onderweg naar de Kalfjeslaan, 31.3.1962
Een
nieuwe buslijn die de Sloterdijkdienst van de NZHVM zou vervangen kwam
op 6 oktober 1954 in dienst als lijn 14 (!) op de route
Sloterdijk-Stationsplein. Het heette dat deze lijn de voorloper was van
tramlijn 14. Zover is het wel gekomen maar toen was het al 1982.
Intussen had in het najaar van 1954 een directiewisseling bij het
Gemeentevervoerbedrijf plaatsgevonden. Een van de eerste daden van de
nieuwe directeur was het onderzoeken van de mogelijkheid proeven te
nemen met het verbussen van tramlijnen. Zo verscheen op 20 januari 1955
autobuslijn 12 op de route Oostzaanstraat-Stationsplein, gevolgd door
autobuslijn 11 die op 26 mei 1955 het licht zag op de route
Insulindeweg-Stationsplein. Het heette dat de proeven geslaagd mochten
worden genoemd, aanleiding voor het gemeentebestuur de tramlijnen 11 en
12 definitief te schrappen. Opgewekt van zin vond een derde proef plaats
met tramlijn 17 die op 18 november 1956 werd verbust. Een volgende proef
zou worden genomen met tramlijn 13 waarmee de tram zou zijn verdwenen op
de route Raadhuisstraat-Rozengracht, een wenkend perspectief voor een
tramvrij Amsterdam.
Tussen de bedrijven door kregen ook Geuzenveld en Slotervaart hun
autobuslijnen in de vorm van de lijnen 21 resp. 22, nog geprojecteerd
als lijnen R en S. Een tijdelijke buslijn die in 1955 werd ingesteld op
de route Surinameplein-Sloterplas in verband met evenementen reed nog
met lijnletter S, blijkende uit stempels op de op die lijn afgegeven
kaartjes. Verder zag per 1 april 1956 een recreatielijn 30 het licht in
de vorm van een verbinding Station Haarlemmermeer-Amsterdamse Bos,
alleen op zon- en feestdagen tijdens het seizoen. In Buitenveldert
verscheen buslijn 26 per 31 mei 1959.

lijn 11, bus 57, Insulindeweg, 1955
Fotograaf onbekend

lijn 17, bus 17, Hoofdweg, 7-4-1962

de Rozengracht (bijna) tramvrij; de lijnen 20,
21 en 17 in de file, het ideaal van de jaren vijftig. Intussen is
besloten lijn 17 weer als tram te exploiteren, 1960
Fotograaf onbekend

lijn 22, bus 1 en lijn 23, bus van de
serie 158-187, Surinameplein, 26-3-1959
Fotograaf onbekend

lijn 26, bus 178, in Buitenveldert
(Van Boshuizenstraat), 21- 2-1960
Fotograaf onbekend

lijn 40, bus 170, Oostzaanstraat, 1961
Foto J.M. de Kok
Het
tramvrije Amsterdam is er niet gekomen. Lijn 13 bleef als tramlijn
gehandhaafd en zelfs lijn 17 kwam weer als tramlijn in dienst. In latere
jaren is het autobusnet in ruime mate uitgebreid zodat thans 46
buslijnen bestaan onder de hoede van het GVB met soms onwaarschijnlijk
hoge lijnnummers. Bovendien zijn er 11 nachtlijnen. Het voert te ver om
daarop in extenso in te gaan. De lezer raadplege de website van het GVB.

het einde van de “Omvormers”, bussen 174, 177 en 179 buiten
dienst gesteld bij de busgarage aan de Oranje Vrijstaatkade, 4- 2-1962

lijn 49, bus 63, De Cuserstraat, 5-5-1966

lijn 35, bus 7, Buiksloterweg, 26-2-1967. In de nadagen van de
“bordenbussen” verschenen nog nieuwe modellen lijn- en routeborden. In
1968 was het gedaan met de “bordenbussen”

lijn 46, bus 6, Spuistraat, 22-8-1967

het begin van de invasie van
standaardbussen; bussen van de eerste levering als lijn 15, 300, 307 en
309, Amstelstation, 10-3-1967
Autobuslijnen per 31 december 1968
5 Amstelstation-Nieuwmarkt-Centraal Station
6 Parallelweg-Czaar Peterstraat-Stationsplein (tot 31-10-1968 lijn M)
8 Van Boshuizenstraat-Amstelstation-Station Muiderpoort (waarin
opgenomen lijn D)
11 (Zeeburgerdijk-) Insulindeweg-Centraal Station
12 Oostzaanstraat-Nassauplein-Stationsplein
14 Station Sloterdijk-Rozengracht-Centraal Station
15 Amstelstation-Station Haarlemmermeer-Station Sloterdijk (waarin
opgenomen lijnen E en F)
18 Slotervaart-Nassauplein (waarin opgenomen lijn L)
19 Wolbrantskerkweg-Mercatorplein
20 Bijlmermeer-Centraal Station
(exploitatie door N.V. Nederlandse
Buurtvervoer Maatschappij)
21 Geuzenveld-Centraal Station
22. Zamenhofstraat-Buiksloterweg-Stationsplein
22E Papaverweg/Distelweg-Stationsplein (spitsuurlijn)
23 Osdorper Ban-Station Haarlemmermeer
26 De Cuserstraat-Kleine Gartmanplantsoen
28 Javakade-Stationsplein-Coenhaven (tot 31-10-1968 lijn P)
29 Kalfjeslaan-Station Haarlemmermeer-Sloterweg (tot 5-9-1965 lijnen G
en H)
30 IJdoornlaan-Durgerdammergouw/(Ransdorp)-Bloemendalergauw (Holysloot)
30E IJdoornlaan-Ransdorp
31 J.H. van Heekweg-Station Muiderpoort
32 J.H. van Heekweg-Stationsplein (tot 27-3-1966 lijn C)
34 Statenjachtstraat-Stationsplein (tot 27-3-1966 lijn A)
35 Stellingweg-Stationsplein
(tot 27-3-1966 lijn B)
36 Kometensingel-Bos en Lommerplein
37 Stellingweg-Stationsplein
40 Spaarndammerdijk
(Station Sloterdijk noordzijde)-Oostzaanstraat
(alleen op werkdagen)
41 Victorieplein-industriegebied Amstel-Amstelstation (alleen op
werkdagen)
42 Oostzaanstraat-Station Sloterdijk (noordzijde)-Hornweg
(spitsuurlijn)
45 Geuzenveld-Spuistraat (spitsuurlijn, voorheen lijn 13S)
46 Osdorper Ban-Spuistraat (spitsuurlijn)
47 Geuzenveld-Centraal Station
(spitsuurlijn, voorheen lijn 20)
48 Tussen Meer-Centraal Station (spitsuurlijn, voorheen lijn 22)
49 De Cuserstraat-Prins Hendrikkade (spitsuurlijn)
55 Bijlmermeer (Hoogoord)-Amstelstation-Stationsplein
70 Amsterdamse Bos-Station Haarlemmermeer
(recreatielijn op zon- en feestdagen tijdens het seizoen)
Overzicht autobussen Amsterdam aangeschaft in de periode (1908)
1922-1953
NUMMERS |
BOUWJAAR |
FABRIEK |
AFGEVOERD |
BIJZONDERHEDEN |
|
|
|
|
|
1 – 4 |
1907 |
Fiat/Beynes |
1908 |
|
5 – 6 |
1907 |
Serpollet/Beynes |
1908 |
|
7 |
1907 |
Saurer-Büssing/Beynes |
1908 |
|
1 t/m 11 |
1922 |
Büssing/Lange & Gutzeit |
1929-1930, 1932 |
12 |
1913 |
Büssing |
1925 |
vernummerd in I |
13 |
1913 |
Büssing |
1925 |
vernummerd in II |
14 |
1924 |
Latil/A.I.C./Geesink |
1930 |
vernummerd in 17 (II) |
15-16 |
1924 |
Latil/A.I.C./Geesink |
1939 |
|
17 (II) |
1924 |
Latil/A.I.C./Geesink |
1939 |
Ex 14 |
17-25 |
1924 |
Latil/Pennock |
1929 |
|
26-34 |
1924 |
Ariès/Pennock |
1929 |
|
I – III |
1923-1924 |
White |
III 1929 |
I-II in 1925 vernummerd in 12-13 |
IV- V |
1923-1924 |
White |
1926 |
vernummerd in I – II |
I (II) |
1913 |
Büssing |
1927 |
voorheen genummerd 12 |
II (II) |
1913 |
Büssing |
1927 |
voorheen genummerd 13 |
I (III) |
1924 |
White |
1929 |
voorheen genummerd IV |
II (III) |
1924 |
White |
1929 |
voorheen genummerd V |
12 (II) |
1923 |
White |
1929 |
voorheen genummerd I |
13 (II) |
1923 |
White |
1929 |
voorheen genummerd II |
35-42 |
1925 |
Magirus/Allan |
1934-1937 |
35 bewaard als museumbus
bij stichting
Veteraanautobussen |
43-52 |
1926 |
Magirus/A.R.M. |
1934-1935, 1937-1938 |
53-62 |
1926 |
Magirus/Geesink |
1933-1938 |
|
63-82 |
1926 |
Brockway/Allan |
1935, 1937. 1939-1940 |
83-92 |
1927 |
Brockway/Allan |
1939-1940 |
|
93-102 |
1929 |
Brockway/Werkspoor |
1936, 1940 |
100 in 1936 uitgebrand |
1 t/m 10 |
1930 |
Magirus/Werkspoor |
1941-1942, 1949 |
1, 4 en 6 gevorderd door
Duitse autoriteiten* |
11 t/m 14 |
1930 |
Mercedes Benz/? |
1932-1933 |
|
18 |
1932 |
Ford |
1939 |
|
19-23 |
1931 |
Magirus/Werkspoor |
1942, 1949 |
20, 21 en 23 gevorderd door
Duitse autoriteiten* |
24-34 |
1929 |
Magirus/Werkspoor |
1947 |
24-34 gevorderd door Duitse
autoriteiten* |
103-110 |
1928 |
Magirus/Werkspoor |
1942-1949 |
103-110 gevorderd door
Duitse autoriteiten* |
111-115 |
1931 |
Saurer/Werkspoor |
1941 |
naar Geldersche Tramweg
Maatschappij |
116 |
1932 |
Citroën |
1933 |
proefbus in leen |
116-121 |
1934-1935 |
Twin Coach/Van der Wal |
1954 |
|
122-125 |
1934 |
Beers/Verheul |
1942, 1945, 1949 |
122 gevorderd door Duitse
autoriteiten* |
126-131 |
1937 |
Kromhout/Verheul |
1942, 1957 |
128 gevorderd door Duitse
autoriteiten* |
11 t/m 15 |
1940 |
Büssing/Verheul |
1941 |
11-15 gevorderd door Duitse
autoriteiten* |
35-50 |
1937-1940 |
Kromhout/Verheul |
1944, 1952, 1955 |
35, 36, 39, 40, 47 en 50
gevorderd door Duitse
autoriteiten*. In
1952 naar
Enhabo: 43, 45, 46, 49 en
in 1955 38, 42, 44 |
51-53 |
1941 |
Kromhout/Werkspoor |
1949, 1955 |
|
54-55 |
1943 |
Kromhout/Verheul |
1943, 1962 |
55 gevorderd door Duitse
autoriteiten* |
132-157 |
1938-1945 |
Kromhout/Verheul |
1944, 1957, 1959,1963 |
134, 136, 142 en 144
gevorderd door Duitse
autoriteiten* |
|
|
|
|
145-148 in 1957 verbouwd
tot lesbussen, in 1961
vernummerd in
106-109, in
1963 verkocht |
|
|
|
|
154 en 157 verbouwd tot
calamiteitenwagens in 1959 |
|
|
|
|
157 gerestaureerd tot
museumbus onder beheer
van stichting MUSA |
158-187 |
1948-1950 |
Kromhout/Verheul |
1961-1962 |
|
1 |
1950 |
A.E.C. |
1951 |
proefbus in leen |
1 t/m 20 |
1952-1953 |
A.E.C./Verheul |
1967-1968 |
|
55-64 |
1953 |
Kromhout/Verheul |
1968 |
|
Verdere bijzonderheden
*Voorzover gevorderde autobussen zijn teruggevonden hebben deze geen
dienst meer gedaan.
De serie 55-64 was de laatste die is afgeleverd zonder lijn- en
richtingfilms.
Alle vóór 1937 aangeschafte autobussen waren voorzien van
benzinemotoren, uitgezonderd de eerste bussen 1-7 die op
stoom reden. In 1937 en latere jaren verschenen slechts
dieselbussen.
Bij de bussen 1-10, 19-115 en 122-125 zijn in de jaren dertig de
benzinemotoren vervangen door dieselmotoren. In de jaren
1947-1950 zijn alsnog dieselmotoren aangebracht in de bussen van
de serie 116-121 toen deze werden aangewezen voor de dienst op lijn 22
(K)
Geraadpleegd:
Lijnenloop openbaar vervoer Amsterdam 1839-1989, H.J.A. Duparc †, 1989
Het autobusbedrijf, de werk- en dienstauto’s van de Gemeentetram
Amsterdam, 1905-1950, P.H. Kiers †, 1994
Website van het GVB
Foto’s van de auteur tenzij anders vermeld
Cor Fijma - corfijma@amsterdamsetrams.nl
27 november 2011
|