Mediatijdlijn van de Amsterdamse tram
Geheugen van de Amsterdamse tram

<< naar intro mediatijdlijn

door naar 1924 >>

Share |

MEDIATIJDLIJN AMSTERDAMSE TRAM 1923
door Cees Pot
e-mail:
ceespot@amsterdamsetrams.nl

1923

19 januari 1922
Gisteravond is op de Weteringschans een dame, die nog uit de tram wilde stappen, terwijl de bestuurder hem reeds in beweging had gezet, gevallen en met haar voet onder de wielen gekomen. Haar man die haar wilde helpen, werd tegen de grond geslagen. De tram moest opgevijzeld worden om de vrouw te bevrijden. Man en vrouw zijn beide naar het ziekenhuis gebracht.

3 februari 1923
“Het Volk” meldt dat eerdaags in de commissie van bijstand voor de gemeentebedrijven een voorstel zal worden behandeld om de prijs van lijn- en netkaarten te verlagen. De directeur van de Gemeentetram is van mening dat dit vele stadgenoten, die nu geen gebruik van de tram maken, ertoe kan brengen dat dagelijks wel te gaan doen.

6 februari 1923
Burgemeester en wethouders overwegen aan de situatie, dat vier tramlijnen (1, 6, 17 en 23) de Amstelveenscheweg en de Overtoom berijden, een eind te maken, door van de lijnen 1 en 17, die hetzelfde begin- en eindpunt hebben, er één in te korten. Daardoor kan bespaard worden op de exploitatiekosten. Een voorziene wijziging in de exploitatie van lijn 7 kan het mogelijk maken lijn 17 het beginpunt Kinkerstraat toe te wijzen. Daarvan ondervinden alleen de bewoners van een deel van de Jan Pieter Heijestraat nadeel, terwijl lijn 23 daar blijft rijden, en een verbinding met de omgeving van de Rozengracht biedt. Lijn 7, die door het rangeren met bijwagens veel hinder veroorzaakt in de Rapenburgerstraat, zal met enkele motorwagens gereden gaan worden, met een kortere tussenpoos. Deze lijn kan dan zonder bezwaar stationeren op het doorgaande spoor in de J.P. Heijestraat. Daar passeert dan alleen nog lijn 23, en om deze niet te hinderen dienen ter plaatse tussen de Kinkerstraat en de Jacob van Lennepstraat twee wissels gelegd worden. De kosten daarvan worden geraamd op f. 12.600. Daartegenover staat een bezuiniging op de exploitatiekosten van f. 7.200 per maand.
De verkorting van lijn 17 maakt het tevens mogelijk een gewenste verbetering aan te brengen aan het beginpunt van de lijnen 15 en 16. Lijn 15 zou volgens het oorspronkelijke plan een kringlijn om de gevangenis gaan rijden, wat tot dusver niet mogelijk was, omdat behalve lijn 6 (eerst lijn 19) ook lijn 17 daar eindigt. Nu lijn 17 daar verdwijnt zal de standplaats op het kringspoor nu niet worden toegewezen aan lijn 15, maar aan lijn 16, die een veel groter bijwagenverkeer heeft dan lijn 15.

18 februari 1923
Gisterenavond is er een dik pak sneeuw gevallen. Daarom rukt om 4 uur ’s ochtends de pekeldienst uit om de tramrails sneeuwvrij te maken. Bij de aanvang van de dienst kunnen de trams gewoon uitrijden.

20 februari 1923
Burgemeester en wethouders stellen voor de prijzen van de abonnementen en de scholierenkaarten te verlagen.
Toen op 1 juni 1919 het 10-centstarief werd ingevoerd, werden de prijzen van de netkaarten op f. 12,-, die van de lijnkaarten op f. 6,-, en die van de scholierendagkaarten op f. 3,75 gesteld. Bij het op 11 december 1919 ingevoerde 12 ½ cents tarief gingen de prijzen van deze kaarten resp. f. 15,-, f. 7,50 en f. 4,50 bedragen, en bij de invoering van het 15 cents tarief resp. f. 20,-, f. 10,- en f. 6,-. Sedert op 1 november 1921 het tarief weer verlaagd is naar 10 cent, zijn deze prijzen niet mee verlaagd.
Bij de voorstel tot invoering van dit tarief wilden burgemeester en wethouders oorspronkelijk alle abonnementen laten vervallen, maar na een amendement van het raadslid Ed. Polak hebben ze die toch gehandhaafd. Naar het zich nu laat aanzien zal het jaar 1923 geen nadelig saldo voor het trambedrijf opleveren, en misschien zelfs een kleine winst.
Nu er geconstateerd is dat het gebruik van abonnementen en scholierenkaarten het laatste jaar belangrijk gedaald is, trekken burgemeester en wethouders daaruit de conclusie, dat voor velen de huidige prijzen daarvan te hoog liggen in relatie tot de prijs van een enkele rit. Zij achten daarom een verlaging gewettigd, en stellen de raad voor de prijzen voor een netkaart, en lijnkaart en een scholierenkaart te stellen op resp. f. 15,-, f. 7,50 en f. 4,50 (dagkaart), resp. f. 1,50 (ochtend/avond).

22 februari 1923
De gemeenteraad behandelde gisteren het voorstel om lijn 17 in te korten van Havenstraat tot Kinkerstraat.
Het raadslid Boekman betoogde dat de lijnen 1 en 23 hierdoor zwaarder belast zullen worden. Het ongerief voor de passagiers is niet gering, en er zullen meer bijwagens nodig zijn. Hij verzet zich tegen deze wijziging.
Het raadslid Douwes bepleitte een betere verbinding van de Spaarndammerbuurt met het centrum, en wil lijn 5 doorgetrokken hebben tot de Oostzaanstraat. Ook wenste hij trajectkaarten voor Spaarndammerstraat – Haarlemmerplein, en vroeg hij om doortrekking van lijn 23 naar de Spaarndammerbuurt.
Wethouder Wibaut ontkende de bezwaren tegen de voorgestelde maatregel. Bovendien is lijn 17 voorbestemd om verlengd te worden over de Kostverlorenvaart, waar momenteel een buurt verrijst, die nog geheel van een tramverbinding verstoken is. Hij had bezwaar tegen de invoering van een trajectkaart. Een kaart, zoals de heer Douwes wenst, zal ertoe leiden dat ze ook elders gewenst zullen worden, en dan niet geweigerd kunnen worden. De andere wensen van de heer Douwes zullen nader bekeken worden.
De heren Boekman en Ophorst dienden een voorstel in om lijn 17 niet in te korten en de raadsleden Vliegen en Ophorst drongen aan op een spoedige tramverbinding met de nieuwe buurt over de Kostverlorenvaart door middel van lijn 17.
Het voorstel-Boekman werd verworpen met 29 tegen 4 stemmen, en het voorstel van burgemeester en wethouders werd zonder hoofdelijke stemming aanvaard.
Verder stemde de gemeenteraad zonder hoofdelijke stemming in met de voorgestelde verlaging van de abonnementen en scholierenkaarten. Deze zal 1 maart ingaan.

4 maart 1923
Het Amsterdamse Drankweer Comité heeft er met spijt kennis van genomen, dat er in de tram toch weer reclame wordt gemaakt voor alcoholische dranken, hoewel burgemeester en wethouders in 1918 hebben besloten dat deze reclames niet meer in de tramwagens zouden worden toegelaten.

6 maart 1923
In de Marnixstraat is gisteren een jongen van 10 jaar om het leven gekomen, toen hij een eind door een tram werd meegesleurd. Hoe het ongeluk gebeurd is, wordt niet vermeld.

7 maart 1923
Bij de behandeling van een voorstel tot de bouw van een centrale markthal merkt een raadslid op, dat er aan de Marnixstraat geen spoorverbinding te krijgen is, maar dat de tram wel vracht-aanhangwagens zou kunnen inzetten.

12 maart 1923
Op de Overtoom springt een 17-jarig meisje van een rijdende tram, juist op het moment dat deze door een auto wordt ingehaald. Ze wordt overreden en overlijdt enkele ogenblikken later.
De chauffeur van de auto heeft geen schuld aan het ongeval.

20 maart 1923
Het is gebleken dat 11 motorbussen niet genoeg zijn voor de dienst op lijn A. De dagelijkse 7 ½-minutendienst vereist er acht, terwijl er door het drukke vervoer vaak nog twee nodig zijn, die wegens noodzakelijk onderhoud niet kunnen worden ingezet. Er moeten daarom nog eens drie bussen worden aangeschaft, waarmee f. 36.000 is gemoeid.
Over de resultaten van de exploitatie kan nog geen definitief oordeel worden geveld, maar wel is al gebleken, dat het nadelig saldo de kosten van rente en afschrijving niet zal overschrijden.
Het college stelt voor tot aanschaffing van drie motorbussen over te gaan.

21 maart 1923
In de Groen van Prinstererstraat wordt een kind van vier jaar door een tram van lijn 14 overreden en overleeft het niet.

22 maart 1923
Gisterenmiddag zijn op het Jonas Daniël Meijerplein twee meisjes van naar schatting 5 en 7 jaar door een tram van lijn 14 aangereden. De bestuurder van de tram verklaarde, dat hij bij het nemen van een bocht de kinderen op de rails zag staan, vaart minderde en meteen herhaald gebeld heeft. Toen de kinderen bleven staan, heeft hij uit alle macht geremd maar niet meer kunnen voorkomen dat beide onder de tram terechtkwamen. Het oudste meisje was op slag dood, het jongste werd zeer zwaar gewond. Beiden zijn naar het Binnengasthuis overgebracht. Waar ze thuishoren was toen nog niet bekend.
Sommige getuigen hebben verklaard dat de tram zeer langzaam reed. Andere getuigen hebben verklaard, dat omstanders begonnen te gillen toen de tram naderde, dat de kinderen in de war raakten en ieder een kant op wilden, waarbij het jongste meisje viel. Het oudste probeerde haar nog gauw overeind te helpen, terwijl de tram al heel dichtbij was. Weer een ander verklaarde dat de kinderen op de rails liepen omdat ze voor een auto wilden uitwijken.
Alle getuigen waren het er over eens, dat de trambestuurder alles heeft gedaan om een ongeluk te voorkomen.
’s Avonds om half acht, toen ook het tweede slachtoffer was overleden kwam een jongen op het politieburau J.D. Meijerplein vertellen, dat zijn zusjes van 9 en 2 jaar ’s middags naar de zuigelingenkliniek op dat plein waren gestuurd om melk te halen, maar nog steeds niet thuis waren. Daarop liet de dienstdoende inspecteur de moeder halen om haar het treurige nieuws mee te delen.


Lijn 7 in de Kinkerstraat omstreeks 1923.
Fotograaf onbekend.

30 maart 1923
Het maandbericht van het gemeentelijk bureau voor statistiek over januari vermeldt een opgave van verkeersongevallen in 1922. Het springen op of van de tram eiste 22 slachtoffers, waarvan 5 dodelijke. Veertien keer was een trampassagier slachtoffer van een ernstig ongeval.

10 april 1923
Gisterenavond tussen half zeven en half acht stond het tramverkeer plotseling vast ten gevolge van een gebroken voedingskabel. Het euvel was door inschakeling van een reservekabel spoedig verholpen.

29 april 1923
Nu de proef met brievenbussen aan de tram bijzonder gunstige resultaten blijkt op te leveren, is men van mening dat hieraan uitbreiding moet worden gegeven. (Noot van de samensteller:. Brievenbussen werden pas in oktober 1923 ingevoerd!)

31 mei 1923
De gemeenteraad heeft besloten in te stemmen met het voorstel tot verlenging van de lijnen 7 en 17 naar de Witte de Withstraat bij de Jan Evertsenstraat.

30 juni 1923
In de gemeenteraad zijn twee verzoeken aan de orde om vergunning voor een auto-omnibusdienst van de Buiksloterweg naar Tuindorp Oostzaan. Burgemeester en wethouders stellen voor één van die verzoeken in te willigen, en de andere af te wijzen.
Het raadslid Weiss zegt zich hiermee niet te kunnen verenigen. Hiermee wordt een monopolie toegekend aan de firma die de dienst reeds uitvoert (Gebr. Jaarsveldt & Co), terwijl de andere firma (Bakhuis) als eerste een aanvraag heeft ingediend. Hij is tegen een dergelijk monopolie. Het raadslid Rits zegt dat in de eerste plaats de firma in aanmerking moet komen die de beste waarborgen geeft voor een goede exploitatie. De gemeente moet voorwaarden stellen voor een regelmatige dienst, ook op uren dat er weinig passagiers zijn. Uit een oogpunt van verkeersveiligheid is er geen bezwaar tegen beide firma’s een vergunning te geven. Het raadslid Van Meurs merkt op dat er in sommige stadsdelen reeds meer particuliere autobussen rijden langs trajecten waar de tram al rijdt of komt te rijden. Deze autobussen moeten een standplaats krijgen aan de rand van de stad. Aan de overkant van het IJ zou de gemeente ook zelf autobuslijnen moet inleggen, naar de Van der Pekbuurt en de Vogelbuurt. Die lijnen zouden moeten rijden vanaf het Beursplein.
Wethouder Wibaut antwoordt dat al in 1922 is overwogen een gemeentelijke busdienst tussen het Beursplein en de overkant van het IJ in te stellen. Maar dat is niet doorgegaan, omdat deze lijn zichzelf niet zou kunnen bedruipen. Het instellen van autobusdiensten moet geleidelijk gebeuren, maar zal nu opnieuw in de commissie van bijstand worden aangekaart.
De burgemeester zegt dat de standplaatsen voor de particuliere autobussen zijn bepaald in overleg met de verkeerspolitie. Zodra de Amsteldijk is verbreed zal aan particuliere autobussen het eindpunt van lijn 4 als standplaats worden aangewezen.
Het advies van burgemeester en wethouders wordt hierop zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd.

6 juli 1923
Ter gelegenheid van een vliegfeest op Schiphol op 14 juli a.s. zal de auto-tram naar Sloten dan met een halfuurs-dienst rijden.

21 juli 1923
Op de agenda ven de raadsvergadering van 25 juli a.s. staan op de agenda een interpellatie van het Raadslid Weiss inzake de busdienst naar Tuindorp Oostzaan en een voorstel tot instellen van twee autobuslijnen naar de overkant van het IJ, van Beursplein naar Distelplein en naar Nieuwendam.

28 juli 1923
In de gemeenteraad is het voorstel van burgemeester en wethouders tot het op proef instellen van twee buslijnen in Amsterdam Noord aan de orde geweest.
Het raadslid Weiss vreest een grote financiële tegenvaller als voor deze lijnen 18 autobussen worden aangeschaft. Indertijd was al een verlies van f 165.000,- geraamd. Bovendien rijdt langs het traject van de lijn naar Distelplein al de buslijn van de firma Jaarsveldt. De lijn naar Nieuwendam zal concurrentie ondervinden van de tramlijn van de Noordhollandsche Tram. Een eerdere busonderneming heeft het al niet kunnen bolwerken. Hij wil het voorstel aanhouden. Het raadslid Gulden is daarentegen blij met dit voorstel. De overkant van ’t IJ is steeds een stiefkind geweest. Nu zal men daar toch een verbinding krijgen. De bussen zijn geen nieuw experiment en de Kraaienknip is goed geslaagd. Hij wil de buslijn wel doorgetrokken hebben tot Oostzaan. Het raadslid Van Lingen is het met Gulden eens, en zegt dat het vroegere lijntje naar Nieuwendam gebrekkig werd geëxploiteerd. Dat reed alleen als er voldoende passagiers waren. Het raadslid Prins zegt dat er vanuit Noord een overweldigend aantal mensen iedere dag naar Amsterdam gaat. Het raadslid Carels vreest dat de tramdirectie deze lijnen eigenlijk niet wil.
Het voorstel-Weiss wordt niet gesteund en dus verder niet behandeld.
Wethouder Wibaut betoogt, dat met deze lijnen de belofte wordt ingelost dat de geannexeerde gemeenten een goede verbinding met de stad krijgen. De exploitatie van lijn A gaat in de richting van kostendekkend. Maar zelfs als deze lijnen in Noord nu verlies op gaan leveren is de gemeente er toch toe verplicht, omdat het hier gaat om belangrijke bevolkingscentra, die niet zonder verbinding kunnen. Het college heeft de raad indertijd, toen de firma Jaarsveldt vergunning vroeg, gewaarschuwd dat deze gemeentelijke lijnen er zouden komen. Hij kan met volledig vertrouwen verklaren dat ze kostendekkend zullen zijn. Voor doortrekking naar Oostzaan is het nog te vroeg. De huidige veerbootjes, die vier keer per uur varen, voorzien redelijk in de behoefte. De vrees van de heer Carels noemt hij ongegrond.
Het voorstel wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen.

6 september 1923
De feestelijkheden rond het 25-jarig regeringsjubileum van Koningin Wilhelmina brengen vele duizenden bezoekers op de been. De drukte is zo overweldigend dat het tramverkeer gaande kan worden gehouden, maar ook niet meer dan dat.

20 september 1923
De Telegraaf meldt dat maandag 24 september a.s. op lijn 15 de eerste vijf eenmanwagens (die tot nu toe alleen op lijn 22 dienst doen) gaan rijden. Het is de bedoeling deze lijn geleidelijk aan geheel met eenmanwagens te gaan bedienen.

24 september 1923
Op de hoek van de Keizersgracht en de Leidschestraat botst een auto op een tram van lijn 2.
Het voorbalkon van de motorwagen wordt ernstig beschadigd, en de auto zit aan de voorkant geheel in elkaar. Een van de inzittenden van de auto raakt lichtgewond door glasscherven en moet naar het Wilhelmina-gasthuis.

25 september 1923
De exploitatie van het trambedrijf heeft in 1922 een verlies opgeleverd van f 144.642,45, dat kan worden gedekt uit het gereserveerde overschot van 1921.
Vooral de personeelslasten drukten zwaar op de exploitatie, terwijl veel concurrentie werd ondervonden van het zo veel gebruikte rijwiel, en weersomstandigheden een belangrijke invloed op het vervoer hadden.


Lijn 8 is op 13 december 1923 verlengd naar de Rijnstraat bij de Amstellaan en heeft ook daar een kopeindpunt gekregen. Er wordt nog gereden met de voormalige paardentramrijtuigen waarvan de 535 er een is van de serie 501-562. Maar het einde van de inzet van deze rijtuigen is nabij. Een aantal wagens van deze serie zal nog elders goede diensten doen maar de 535 is dat niet gegund; het rijtuig is in 1926 gesloopt.
Prentbriefkaart

18 oktober 1923
Met ingang van maandag 23 oktober zullen de trams van lijn 1 worden voorzien van brievenbussen, die van 8 tot 22 uur gebruikt kunnen worden. De brievenbussen langs de route van lijn 1 zullen dan nog slechts twee maal per dag worden gelicht, in plaats van zeven keer thans.

1 november 1923
De gemeentetram heeft in oktober 11.467.000 passagiers vervoerd, tegen 11.021.504 in oktober 1922 en 11.803.251 in september 1923. Van 1 januari tot en met 31 oktober 1923 bedroeg het vervoer 108.535.000 tegen 106.406.179 in 1922.

3 november 1923
In de memorie van toelichting op de begroting voor 1924 schrijven burgemeester en wethouders dat de teleurstelling over het 10 cents-tarief die door sommige raadsleden is geuit, door hen niet gedeeld wordt. Kort na de invoering hiervan zijn de economische omstandigheden aanzienlijk slechter geworden, en het staat vast dat als het hogere tarief zou zijn behouden, het vervoer belangrijk zou zijn teruggegaan en de resultaten nog slechter zouden zijn geweest. De tram zou dan niet hebben voldaan aan de eis, dat het tarief in de eerste plaats dient aan te sluiten op de ontwikkeling van het vervoer en het gerief van de ingezetenen. Behalve de ongunstige omstandigheden heeft vooral de buitensporige toeneming van het aantal rijwielen een sterke invloed gehad op de bedrijfsresultaten. Het college hoopt er in te slagen het bedrijf ongeveer dekkend te houden. Het nadelig saldo over 1923 zal vermoedelijk de f. 50.000,- niet te boven gaan. Ondanks de invoering van de 48-urige werkweek is door de verschillende bezuinigingsmaatregelen de hoogte van de uitkering uit het bedrijf te verdedigen.

21 november 1923
Burgemeester en wethouders schrijven aan de gemeenteraad, dat de constructiewerkplaats aan de Bilderdijkkade te klein en door haar ligging ondoelmatig is. Vergroting van de ruimte in combinatie met een opslagplaats is mogelijk door een ijzeren loods op het terrein van de remise Havenstraat als werkplaats in te richten en de in de onmiddellijke nabijheid gelegen opslagplaats te vergroten door gebruikmaking van een stuk gemeentelijk terrein. De ruimte aan de Bilderdijkkade kan dan gebruikt worden voor stalling van autobussen. Daar is dringend behoefte aan. Voor het verplaatsen van de constructie-ruimte was al in de begroting voor 1922 een bedrag opgenomen, maar daarvan is geen gebruik genaakt. De kosten worden in totaal geraamd op f. 170.000,-, en burgemeester en wethouders vragen de gemeenteraad dit bedrag beschikbar re stellen.

In de afgelopen nacht is een 27-jarige man aangehouden, die in het tramhuisje op het Muntplein een ruit had ingeslagen met het doel zich daar een slaapplaats te verschaffen.

23 november 1923
De directeur van de Gemeentetram ontsnapte gisterenavond in Den Haag aan een aanrijding, omdat de chauffeur van de auto, waar hij samen met de directeur van de H.T.M. en een vertegenwoordiger van de firma Allan in zat, tijdig het stuur omgooide, toen op de Groenmarkt een bijwagen van lijn 10 ontspoorde.

29 november 1923
Bij de begrotingsbehandeling zegt wethouder Wibaut toe, dat de komende jaren een kwart van de straten van een geruisloze bestrating zal worden voorzien, waardoor er meer met motorbussen kan worden gereden, en de aanleg van een dure ondergrondse niet nodig zal zijn.

5 december 1923
Op lijn 15 rijden thans 15 eenmanswagens, en die voldoen zo goed, dat burgemeester en wethouders de gemeenteraad voorstellen f. 400.000,- beschikbaar te stellen om nog eens 80 motorwagens te verbouwen, die dan op vier andere lijnen zullen gaan rijden.

13 december 1923
De gemeenteraad behandelde gisteren het voorstel van burgemeester en wethouders om een krediet van f. 400.000 beschikbaar te stellen om 80 motorwagens te verbouwen tot eenmanwagen. Het raadslid Jansen verklaart tegen dit voorstel te zijn, omdat hierdoor een groot aantal conducteurs bij de arbeidersreserve zal moeten worden geplaatst. Het raadslid Wijnkoop meent dat de proef op lijn 15 mislukt is. De eenmanswagens vormen geen vooruitgang der techniek. Ze verminderen de verkeerssnelheid, en de arbeidsvoorwaarden worden erdoor verslechterd, alleen maar om meer winst te maken. Hij wil nu geen poging doen om verdere invoering te voorkomen, om dat die toch geen succes zal hebben. Wel steunt hij een verzoek van de vakvereniging van trampersoneel om voor de bestuurders een zesurige arbeidsdag in te voeren. Hun taak eist veel meer verantwoordelijkheid en vergt meer van hun zenuwen. Dat compenseer je niet met alleen een beetje meer loon. Daarna is het raadslid Abrahams aan het woord. Hij wijst op een aantal gebreken van de eenmanwagens, o.a. het onaangename geluid, dat de deuren bij openen en sluiten maken, waardoor het publiek ze huilebalken is gaan noemen. Het in- en uitstappen is voor gebrekkigen en moeders met kinderen lastiger geworden, omdat er niemand is om ze te helpen. Het is de bedoeling om ze op stillere lijnen in te zetten, maar ze zullen toch ook op lijnen gaan rijden die over de Rozengracht rijden. Het werk van de bestuurders is zwaarder geworden, en een andere werktijdenregeling is gewenst, al wil hij niet voor een zesurendag stemmen. Vervolgens noemt het raadslid Boekman de proef op lijn 15 geslaagd, ondanks de bezwaren. De eenmanwagen is zeker niet geschikt voor alle lijnen, en hij betwijfelt of een lijn als lijn 7, die langs de groentemarkt rijdt, er wel geschikt voor is. Maar hij zal toch voor de verdere invoering stemmen. Het raadslid Weiss wijst er op, dat de eenmanwagens bij het publiek impopulair zijn, en mevrouw Van Zelm zegt het met alle bezwaren eens te zijn. Corpulente heren als haar collega-raadslid Boissevain kunnen er niet in- of uitstappen. Het raadslid Douwes vindt dat er geen sprake is van “technische verbeteringen” als de gebruikswaarde van de wagens vermindert. Hij wil daarom een langere proefneming, eventueel op nog een andere lijn. Lijn 18 komt daarvoor het meest in aanmerking.
Wethouder Wibaut antwoordt, dat B & W de proefneming geslaagd achten. Klachten zijn er bij elke nieuwigheid altijd. Als B & W menen dat als er met minder personeel gewerkt kan worden, dan moet dat ook gebeuren, met inachtneming van de belangen van betrokkenen. Als er morgen een verkeersveilige en voor het bedrijf economische eenmanswagen wordt uitgevonden, dan zullen B & W voorstellen om die in te voeren. Wat het personeel betreft is niemand beter af dan het gemeentepersoneel. Als er in het particuliere bedrijf door een verandering van techniek mensen overbodig worden, krijgen ze ontslag. Bij de gemeente gaan de mensen dan in de Arbeidsreserve, en bij de tram is zoveel te doen, dat ze dan aan bijna hun volle loon toekomen. De tourniquets zijn berekend op corpulente mensen, en als gebrekkigen of moeders met kinderen hulp bij het instappen nodig hebben, dan is het publiek altijd bereid even te helpen, net zoals op de gewone trams. In elke eenmanswagen hangt voor de passagiers een aanwijzing hoe men de wagen in geval van nood kan stoppen. De eenmanswagens zullen hoofdzakelijk gebruikt worden om tijdens de spitsuren een snellere opeenvolging van wagens mogelijk te maken. Een trambedrijf moet met lage tarieven werken en toch geen tekort opleveren, zodat iedere poging tot economischer werken aangewend moet worden. Het is B & W niet bekend, dat bij de wagenbestuurders van eenmanswagens meer beroepsziekten voorkomen. Het wordt onderzocht, maar waarschijnlijk is het niet. De bestuurders worden streng geselecteerd, en als ze het toch niet aan blijken te kunnen, worden ze teruggeplaatst naar tweemanwagens. De eis van een zesurendag is volkomen onredelijk ten opzichte van het overige personeel. Inwilliging daarvan brengt de geraamde besparing in gevaar, die alleen voor lijn 15 al geraamd wordt op f. 50.000 per jaar.
Daarop dient het raadslid Wijnkoop een motie in om toch een zesurige werkdag in te voeren, terwijl het raadslid Douwes voorstelt de proef te beperken tot 20 motorwagens.
Wethouder Vos gaat vervolgens in op enkele opmerkingen van de heer Abrahamsz. Hij wijst op de verbeterde arbeidsomstandigheden en de scherpe psychologische keuring, waardoor alleen de meest geschikte bestuurders voor de eenmanswagens in aanmerking komen. Door de aaneengesloten werktijd krijgen deze bestuurders nu een langere rusttijd.
Wethouder Wibaut zegt nog dat het beperken van de proef tot 20 motorwagens er waarschijnlijk toe leidt dat verbouwing veel duurder wordt.
Het voorstel-Wijnkoop wordt vervolgens verworpen met 34 tegen 4 stemmen, en het voorstel-Douwes met 26 tegen 12 stemmen.
Daarna volgt de stemming over het voorstel van B & W, dat wordt aangenomen met 27 tegen 11 stemmen.

14 december 1923
Bij de behandeling van de begroting voor de Gemeentetram dringt het raadslid Solkesz aan op het plaatsen van bestellingen van met name wisselmateriaal in Nederland, het liefst in Amsterdam. Het raadslid Von Freytag Drabbe herhaalt zijn eerdere verzoek om een kringlijn om het Vondelpark. Het raadslid Gulden meent dat snelverkeer met de tram in Amsterdam een illusie is, en vindt dat de trams in de binnenstad door autobussen moet worden vervangen. De autobussen op lijn A zijn echter niet ingericht voor snelverkeer. Snel in- en uitstappen is niet mogelijk. Voorts dringt hij aan op een verbinding van de wijk achter de Van Woustraat met de binnenstad.
Wethouder Wibaut antwoordt dat B & W reeds de voorkeur geven aan een binnenlands product mits dit gelijkwaardig is aan een buitenlands, en zelfs als het Nederlandse product iets duurder blijkt te zijn. Een kringlijn om het Vondelpark is reeds aan de directeur ter overweging gegeven, maar de kosten ervan wegen niet op tegen de baten. B & W denken er niet aan om de tram in de binnenstad door bussen te vervangen. Het Amsterdamse publiek is niet gewend aan snel in- en uitstappen, men neemt nog te veel en te lang afscheid. Welk type autobus voor Amsterdam het meest geschikt is, wordt nog bestudeerd. De buurt achter de Van Woustraat heeft een verbinding met het station met lijn 8.

 

<< naar intro mediatijdlijn

door naar 1924 >>

Verantwoording en disclaimer:
Cees Pot heeft voor de totstandkoming van deze tijdlijn de database van de website "Historische kranten in beeld" geraadpleegd. Deze website is een initiatief van de Koninklijke Bibliotheek. Deze instantie heeft ons toestemming verleend voor publicatie op deze wijze.

* Soms komen er in de artikelen fouten en onjuistheden voor. Om wille van de authenticiteit is besloten deze ongewijzigd te laten.

laat een berichtje achter

omhoog

 

 

eXTReMe Tracker