Bijdragen van Tom Mulder
Geheugen van de Amsterdamse tram

<< terug naar index Tramcolumns

volgende column >>

Tramcolumn 87

Share |

DE KLAPPER VAN DE WEEK (221110)
door en met foto's van Tom Mulder -
tommulder@amsterdamsetrams.nl

In het algemeen werd er in het pre-Combinotijdperk gedacht, dat er decennia lang geen grote aantallen zware aanrijdingen meer gebeurden. Ja, we kennen de bijzonder ernstige aanrijding van de 683 van lijn 13 op de Burgemeester de Vlugtlaan met ‘eigen materieel’ (bus 423) op 12 augustus 1978. Bij de 623 leek het ook iedere keer weer bingo.

Denk maar eens terug aan die zware klapper op de Weteringschans ter hoogte van de Spiegelgracht. Bij de 834 was het, meer dan 20 jaar later, ook meerdere keren flink raak! Welke reden kan er toch zijn, dat steeds dezelfde wagens bij extreem zware aanrijdingen betrokken raakten.

Ik kan er geen bedenken, maar het blijft wel opvallend. Er gebeuren toch dingen in het leven, die wij niet begrijpen….. Als je gaat nadenken, kom je tot een aardig lijstje met zwaar getroffen broeders en zusters. Zowel in de oude als in de nieuwe tijd. Zoals je misschien begrijpt, heb ik een zwak en angst voor zware klappers. Dat komt, denk ik, door mijn tramverleden. Vanzelfsprekend heb ik medelijden met de getroffen bestuurders! Het zal je maar gebeuren.

Je vergeet het je hele leven nooit meer. Gelukkig zijn in het algemeen de gevolgen voor het sterkere, modernere materieel heel anders dan ze voor de twee-assers waren. We kunnen toch rustig stellen, dat de voorbalkons van het vooroorlogse materieel zwak waren geconstrueerd. Zelfs de blauwe wagens bleven modernere en grotere Unions. Gewoon omdat ze in een andere, onschuldige tijd met weinig ander verkeer werden ontworpen. Het was bijna een wonder als de grootbordessers en de blauwe wagens aanrijdingloos en zonder grote schade door het leven tramden. Bij aanrijdingen sneuvelden vaak hele balkons of grote delen ervan en het kwam vaker voor naarmate het verkeer drukker werd. Dit soort gebeurtenissen leken zich te herhalen in de moderne tijd toen veel 725-ers ‘vielen’ door vaak zeer onzachte kennismakingen. In het geval van deze ongelukkige serie kun je wel stellen, dat hier sprake was van een zeer slechte constructie van de kop.

Er sneuvelden gewoon veel te veel 725-ers door zware aanrijdingen. Helemaal als je ze vergeleek met de eerste series gelede wagens. Zowel de enkelgelede als dubbelgelede trams. Dan heb ik het niet eens over de fouten, die werden gemaakt bij de constructie van de 725-ers, omdat deze column gaat over zware aanrijdingen. Was het bij de 602-ers wel eens raak en bij de 635-ers gebeurde het ook wel eens, maar de schade bleef relatief beperkt. Denk maar eens terug aan de 636. De aanrijdingschade was klein en toch werd hij gesloopt! Met een enkele uitzondering, zoals de 683, was ook de 670-724-serie, de elektronen, een uitermate veilige serie. We kunnen rustig stellen, dat Amsterdam steeds stevige en veilige trams heeft besteld. Met uitzondering van die onfortuinlijke LHB-wagens. De opbouw van de twee-assers bestond voor een groot deel uit hout. De drie-assers hadden een metalen opbouw en konden door hun matige snelheden geen hele grote schade oplopen of veroorzaken. Een van zwaarste schadegevallen bijvoorbeeld was de 511, die flink ‘gewond’ raakte na een aanrijding in de buurt van het Marnixplein. Voor wat de moderne tijd betreft was de 905 een keer het slachtoffer! De ‘trapwagens’ hebben altijd een flink risico gelopen, omdat sommige bestuurders, behalve tramrijden tegelijkertijd andere dingen gingen doen, omdat ze toch de handen vrij hadden en daardoor de aandacht voor het rijden een beetje vergaten. Dus NIET SPREKEN MET DE BESTUURDER!

Eventuele fouten voorbehouden (red.)

 
<< terug naar index Tramcolumns

volgende column >>

omhoog

laat een berichtje achter

 

Bezoekersteller

eXTReMe Tracker