Bijdragen van Tom Mulder
Geheugen van de Amsterdamse tram

<< terug naar index Tramcolumns

volgende column >>

Tramcolumn 57

Share |

MET DE POLITIE    (130410)
door Tom Mulder -
tommulder@amsterdamsetrams.nl
met foto's van een deel van de verzameling van Tom Mulder, gemaakt door Jos Wiersema

Het eerste museumstuk, dat ik in mijn tramverzameling kreeg was, zoals eerder geschreven, een echt, niet helemaal gaaf kopkoersbord van lijn 12. Ik voelde me toen net als John de Mol, die zijn eerste miljoen op zijn bankrekening kreeg.

Het was een mooi begin van verschillende trammemorabilia, die toevallig in mijn bezit kwamen. Door mijn superintroductie in de Centrale Werkplaatsen, onder meer bij het hoofd magazijn werd mijn verzameling steeds maar uitgebreider. Over de gevolgen later meer. Mijn GVB-CW-vriend verwende mij iedere keer weer met kleine en grote onderdelen van twee en drie-assers.

Dan waren het weer drie-asserrichtingfilms, dienstnummerbordjes, rijsleutels, koerskopbordinstallaties, drie-asser afvalbakjes voor ongeldige plaatsbewijzen, een koplantaarn (ik heb hem nog), koplantaarnglaasjes (deze ook), een koplamp van een tweeasser, een bijwagensluitlicht, een bijwagenfluit, een zadel van een twee-asser, oude waardevolle richtingkartons, een leren hoesje waarin de rijtijdentabel werd bewaard en nog veel meer.

Ik voelde mij als de koning te rijk. Af en toe vroeg ik me wel af hoe ik alles van de CW naar huis getransporteerd kreeg. Er was maar een mogelijkheid: met de tram. Maar ook in het midden van de 60-er jaren kwam het woord jaloezie in gebruik. Wie de jaloerse persoon was, die onterecht de politie waarschuwde, is mij nooit verteld.

Maar plotseling lag er een ambtelijke brief in mijn brievenbus van de Politie in de Gemeente Amsterdam. Daarin stond, dat ik mij moest melden op het bureau Overtoom. Met lood in mijn gepoetste schoenen en de transpiratie in mijn handen meldde ik mij ‘s avonds om een uur of half acht bij de dienstdoende agent, die mij naar zijn collega bracht.

Deze overhoorde mij over in mijn bezit zijnde voorwerpen, die mogelijk behoorden aan het Gemeente Vervoer Bedrijf. Ik legde beleefd aan de agent uit, dat ik geen trams had, geen wissels en ook geen kruisingen, zelfs geen oude bijwagens, banken uit een twee-asser, bekerkoppelingen, conducteurs petten of jassen, stempels, stempelhouder, koperen knopen, petten, boekjes met nieuwe kaartjes, correctiekaartjes en andere bruikbare tramonderdelen.

En dat ik hobbymatig in trams en het vervoerbedrijf was geïnteresseerd. De eerst ietwat strenge blik van de agent verzachtte. Hij zei, dat ik er verder nog van zou horen. Jarenlang ben ik iedere dag naar de brievenbus gerend om te kijken of er een nieuwe brief van de Politie was. Maar tot nu toe is er, terecht, niets gekomen. Ik zal er niet diep op in gaan, maar destijds waren er dus ook jaloerse tramhobbyisten. Want die waren er echt.

Maar het overgrote merendeel van de hobbyisten was bijzonder vriendelijk en de onderlinge kontakten waren echt super. Wat wil je? Als je elkaar dagelijks op een vast punt bij het CS treft om de laatste nieuwtjes uit te wisselen. En je hebt ook nog de grootste lol. En niet eens altijd over trams.
Maar wel over bestuursters, waarvan ik, vanwege de leeftijd, altijd ging blozen, omdat ze zo heel aardig naar mij keken en altijd heel vriendelijk groetten.

Eventuele fouten voorbehouden (red.)

 
<< terug naar index Tramcolumns

volgende column >>

omhoog

laat een berichtje achter

 

Bezoekersteller

eXTReMe Tracker