Tramcolumn
30
EEN WINTERS STUKJE
(061009)
door Tom Mulder -
tommulder@amsterdamsetrams.nl
Soms lijkt het of
bepaalde tramwagens een speciale plaats in je leven speelden omdat je
regelmatig wordt geconfronteerd met deze trams. En je kunt antwoorden,
dat normale mensen dat soort dingen niet geloven. Maar echte
tramliefhebbers geloven uiteraard in deze wonderlijke zaken. Als je
misschien deze columns wel eens hebt gelezen dan hoor ik je denken ’oh,
dat gaat zeker weer over de 453’.
Ik kreeg een
emotionele band met de 453 na de zeer ernstige aanrijding op
6 april
1956. Ik stond toen als 9-jarige op het voorbalkon naast de bestuurder.
En inderdaad de 453 is de hoofdpersoon weer eens in dit korte ritje. Het
kan toch geen toeval zijn dat juist de 453 de tramwagen was, die als
officiële winterextra op lijn 17 werd ingedeeld. En lijn 17 was ‘mijn’
lijn omdat ik in die tijd in Slotervaart woonde.

foto Tom Mulder
De 453 was de enige blauwe, die ooit helemaal werd ingetuigd als lijn 17
met de juiste glaasjes in de koplantaarns, een lijncijfer in de beugel
en een nieuw geschilderd kopkoersbord en met bijwagen naar Osdorp reed.
Dat was in een tijd, dat nog nooit eerder een ingetuigde blauwe met
bijwagen naar Osdorp reed en dat dit ook na deze keer nooit meer
officieel zou gebeuren. Als ik aan deze gebeurtenis terugdenk, kan ik
bijna niet geloven, dat dit ook plaatsvond.
Het is te lang geleden om
bij het GVB te informeren waarom dit maar een dag gebeurde en daarna
nooit meer. Ik wist de avond voordat de 453 op weg ging dat dit wonder
zou plaatsvinden. De 453 stond die avond al helemaal ingetuigd als lijn
17 in de Lekstraat. Dus ik ben in alle vroegte naar de Lekstraat getramd
en ben met de 453 naar Osdorp gereden.
Dat moet zeker om
een uur of zeven geweest zijn. En van Osdorp naar het Centraal Station.
Het was al bijzonder om over de Cornelis Lelylaan te trammen in een
blauwe wagen omdat je nooit last had van het overige verkeer. Daarnaast
was de halte Lelylaan er nog lang niet. Zodat je flink kon doorrijden
tussen de Johan Huizingalaan en de Derkinderenstraat. De halte Lelylaan kwam pas na voltooiing van de spoorlijn via de ring. De
Cornelis Lelylaan was een weg, die eigenlijk alleen geschikt was voor
gelede trams. Zeker niet voor 35 jaar oude twee-assers.
VERVOLG DIASHOW: DE BOLKOPPEN VAN
TOM MULDER
De gelede trams en zelfs de drie-assers waren goed afgesloten, maar de
twee-assers hadden niet eens deuren om dicht te doen dus de wind had
vrij spel. Behalve die ene schuifdeur op het voorbalkon van de
motorwagen. Zie je zelf al staan op het koude en winderig achterbalkon
van een twee-assige bijwagen op de Cornelis Lelylaan. En je bent net je
bed uit. Ook de gezichten van de andere passagiers zorgden niet voor het
ene na het andere lachsalvo. We zaten ook nog eens midden in de winter.
Voor de zekerheid had ik mijn fotocamera meegenomen waardoor ik dit
tramwonder op het Dijkgraafplein voor het vertrek naar het Stationsplein
kon fotograferen. Dus na de Lelylaan doken we de oude stad in om daarna
vanaf het Centraal Station weer rechtstreeks naar de remise Lekstraat te
gaan. Want zo ging dat vaak met extra diensten. Na slechts een ritje
ging het weer rechtstreeks naar de remise. En dan te bedenken, dat voor
deze extra dienst op lijn 17 bij DRIE personeelsleden rond een uur of
half zes de wekker afging.
Eventuele fouten voorbehouden
(red.)
 laat een berichtje achter |