Tramcolumn
22
47 jaar geleden
(280709)
door Tom Mulder -
tommulder@amsterdamsetrams.nl
Als je nu in 2009 door Osdorp reist en je hebt de
mogelijkheid een vergelijking te maken met 1962 toen lijn 17 naar Osdorp
werd ingesteld, dan kun je bijna je ogen niet geloven. Als je alleen al
de bebouwing van toen vergelijkt met nu is het een grote wereld van
verschil. In 1962 was er bijna niets. Letterlijk. En wat er aan huizen
stond, was bijna allemaal in aanbouw. Dat gold voor alles langs de
openbare weg en dat gold ook voor wat later lijn 17 is geworden.
In de maanden voor de indienststelling van lijn 17 werd
er ook keihard gewerkt door alle gemeentediensten. We hadden het GVB,
dat koortsachtig werkte aan de toekomstige lijn 17. Het GVB gebruikte
beide slijpwagens, de SL 1 en de SL 2. Ze werden nauwelijks gebruikt
voor het slijpen, maar deden alle klussen, die moesten worden gedaan als
er een tramlijn werd aangelegd.

SL 3 en SL 1 voor remise Kromme Mijdrechtstraat
(Lekstraat), 15-6-1956. De SL 3 is gebouwd in eigen beheer op het
onderstel van de vroegere motorwagen 319. De SL 1 is ontstaan uit de
vroegere Union 39.
Foto Cor van Mechelen
Het waren niet trams, die je dagelijks
tegenkwam, behalve natuurlijk als je in ‘De Westelijke Tuinsteden’ kwam.
Ik reed regelmatig met beide wagens mee en als je tijdens deze ritten in
de wagens om je heen keek, moest je toch erkennen, dat beide slijpwagens
niet de eerste prijs verdienden in de ‘Schoonheidsverkiezing voor
Trams’. Natuurlijk het waren trams, maar je kreeg sterk de indruk, dat
het GVB ze zelf had ontworpen en gebouwd. Dat bouwen had waarschijnlijk
plaatsgevonden in een weekend op zolder. Ze hadden een groot voordeel:
je kon in de trams fantastisch om je heenkijken. De SL 1 en 2 bestonden
eigenlijk uit dubbelzijdige glazen bestuurderscabines. En enorme
pantografen. Maar terug naar de omgeving. Je kon wel al Osdorp bereiken
via de Cornelis Lelylaan. Maar als je over de Cornelis Lelylaan reed was
je die dag de enige.
Meer en Vaart was er ook al. Al werd er overal nog
gebouwd. Hoe verder je in Osdorp kwam hoe minder er was afgebouwd. Het
Dijkgraafplein bestond alleen nog maar in gedachten en uit zand. Niemand
kon begrijpen, dat dit later de druk bebouwde woonwijk zou worden waar
de tram zijn eindpunt had. Want in 1962 was er alleen maar stuifzand,
een eindpunthuisje, waren er tramrails en hing er bovenleiding. Vanaf 9
september moest lijn 17 hier toch zijn rondjes kunnen draaien en de
terugrit naar het Centraal Station kunnen beginnen. Het zou nog maanden
duren voor de eerste tekenen zich zouden aandienen, dat hier een nieuwe
woonwijk zou komen. Er was een voordeel: het trameindpunt was klaar. Ik
vroeg me toen wel steeds af wat er eventueel zou gebeuren bij zware
sneeuwstormen.
VERVOLG DIASHOW: DE BOLKOPPEN VAN
TOM MULDER
Op 10 september 1962 begon de officiële dienst van lijn
17. De 618 was de eerste wagen! Later die dag verscheen er ook een extra
wagen: een enkelgelede. In de ogen van de tramhobbyisten was een
enkelgelede wagen niet de eerste keuze, die het GVB zou moeten maken op
de eerste officiële dag, dat de gewone dienst zou worden gereden. Het
aantal wagens, dat het GVB had bedacht voor lijn 17 op zondag was
slechts ACHT.
Acht trams, die op zondag op de langste lijn van het
bedrijf de passagiers helemaal van het Centraal Station naar het
Dijkgraafplein moesten vervoeren. Dat zouden er in de ogen van kenners
veel te weinig zijn. Ook omdat wij verwachtten, dat zo’n nieuwe lijn
veel nieuwsgierige Amsterdammers zou trekken. Die graag de nieuwe
tramlijn wilden leren kennen. In de maanden, die volgden werd het aantal
trams langzaam uitgebreid.
Eventuele fouten voorbehouden
(red.)
 laat een berichtje achter |