Bijdragen van Tom Mulder
Geheugen van de Amsterdamse tram

<< terug naar index Tramcolumns

volgende column >>

Tramcolumn 142

Share |

AMSTERDAMSE BOVENLEIDING (010112)
door en met foto's (tenzij anders vermeld)van Tom Mulder -
tommulder@amsterdamsetrams.nl

De Amsterdamse bovenleiding voor de trams is net zo gewoon als haring in de Noordzee. Blijf lezen, ik vertel je zo waarom. Over het gehele tramnet hangt de bovenleiding bewust op een wisselende plaats. Dat zie je niet, omdat de meesten van ons niet de hele dag omhoogkijken. Ik zou het toch eens een dag proberen......Je weet niet wat je ziet!

De bovenleiding zigzagt opvallend door de hele stad heen en weer. Dit omdat anders het koolstof van de stroomafnemers uiteraard teveel op een plek zou slijten. Daarom zie je ook, dat de stroomafnemers een redelijk breed koolstof sleepstuk hebben, dat voor het contact tussen de bovenleiding en de tram zorgt. De koolstofsleepstukken van de trams worden na verloop van de tijd vanwege slijtage vervangen. Voorheen zag je de stroomafnemers regelmatig in een grote stapel bij de CW op het Bellamyplein liggen. Je ziet ook, dat de sleepstukken op bepaalde plaatsen zijn ingesleten.

Nadat de gelede trams het Amsterdamse stadsbeeld, zowel visueel als auditief, vanaf het voorjaar van 1957 verfraaiden, ging het GVB de bovenleiding verstevigen door een extra bovenleidingdraad naast de enkelvoudige rijdraden te hangen. Dit had te maken met het stroomverbruik van de nieuwe gelede trams. Het idee leefde toen, dat de enkelvoudige draden zouden kunnen doorbranden. Later na de komst van de 725-779-serie en de invoering van dubbele sleepstukken kon weer met een enkelvoudige draad worden volstaan. Omdat rond deze tijd VETAG (vehicle tagging) versneld werd ingevoerd, konden de afsluiters op de meeste plaatsen verdwijnen. Waar ze werden gehandhaafd verscheen naast de baan, als waarschuwing voor de bestuurders, een groot wit vierkant blok.

Voordat VETAG kwam, moesten bestuurders bij elke afsluiter of lijnonderbreker naar nul terugschakelen. Als ze dat niet deden, vonkten de stroomafnemers en de bovenleiding. Mochten adspirant-bestuurders tijdens de opleiding deze terugschakelhandeling vergeten, waren ze verplicht meerijdende collega’s op haring te trakteren. Logisch toch? Dus NIET SPREKEN MET DE BESTUURDER. Vandaar al die haringkarren langs de verschillende tramroutes. Vroeger leek het wel of fanatieke bestuurders hun diensten zeer geconcentreerd voor de afsluiters reden en ze konstant in de gaten hielden. Maar dat gold niet voor élke bestuurder. Voor een enkeling bestonden er helemaal geen afsluiters......Toen al! We zagen toen wel veel meer vonken!

En ook bij uitlopende wissels werd door deze ‘collega’s’ uiteraard niet teruggeschakeld. Toen VETAG werd ingevoerd verdwenen ook de wisselcontacten. De wisselcontacten moesten met of zonder stroom worden gepasseerd. Afhankelijk van het wel of niet wijzigen van de wisselstand. Uiteraard zijn er geen wisselcontacten in de bovenleiding meer te bekennen. Er is dus veel veranderd voor trambestuurders als je de huidige situatie vergelijkt met het pre-VETAG-tijdperk. Ik had het al eens over de verschillende opvallende en overal hoorbare tramgeluiden. Er zijn dus meer geluiden verdwenen, zoals de vonkende afsluiters/lijnonderbrekers en de talrijke wisselcontacten. Binnen afzienbare tijd verwacht ik ook het verdwijnen van de trambestuurders en de passagiers. Blijven alleen de trams en de nieuwe tramgeluiden over.

Eventuele fouten voorbehouden (red.)

 
<< terug naar index Tramcolumns

volgende column >>

omhoog

laat een berichtje achter

 

Bezoekersteller

eXTReMe Tracker