Tramcolumn
116

GEHEIMZINNIGE REMISES (270611)
door en met foto's van Tom Mulder -
tommulder@amsterdamsetrams.nl
In de tijd, dat
ik nog een nog iets jongere, minstens zo
enthousiaste hobbyist was, loerde ik bijna dagelijks via de
deuropeningen of hekken de remises, de openluchtremise of de CW in om te
kijken of er nog iets bijzonders stond. Nou heb ik het natuurlijk over
de dagen, dat de twee-assers nog een belangrijke rol speelden in die
dynamische wereld van het GVB. Want zij zorgden voor dat bijzondere.

De eerste drie-asser
met verbouwde filmkast, die de Remise Havenstraat uit kwam rijden was
voor mij nu niet bepaald een super verrassing. Sorry! Het ging mij
eigenlijk alleen om de blauwen. Gewoon omdat je wist dat hun dagen waren
geteld en dat het van die echte trams waren. De in de eerste helft van
de jaren ’60 geopende openluchtremise van de Remise Havenstraat was
natuurlijk het Amsterdamse Disneyworld voor de tramhobbyisten. Alle
sporen van de openluchtremise waren buiten de spitsen gevuld met
twee-assers.

Een waar sprookje! Vooral op regenachtige winteravonden. En
dat gold in het bijzonder voor de eerste positie van die sporen. Het
leek of de blauwe wagens allemaal tegen je praatten. Overigens, zonder
dat ze echt wat zeiden. Daar kwam natuurlijk bij, dat sommige wagens er
veel beter uit zagen dan andere door bijvoorbeeld kleine schilderbeurten
of de schitterende goudkleurige wagennummers. En de intuiging op
bepaalde lijnen speelde ook een belangrijke rol. Bovendien presteerden
sommige trams veel beter dan andere. En met sommige wagens had je gewoon
een betere persoonlijke band door hun leuke wagennummer dan met andere,
die ik, net als elke andere hobbyist niet kan uitleggen. Helemaal als
het een hoge blauwe uit de Remise Lekstraat betrof, die was gedegradeerd
tot een ordinaire Havenstraatwagen voor de spitsuren en nu diensten
draaide, die hetzelfde waren als die van de lage blauwen, terwijl hij
daarvoor iedere dag 18 uur per dag heen en weer stormde van het ene punt
in westelijk Amsterdam naar dat andere punt in oostelijk Amsterdam.

Over
drukke kruisingen en talrijke zelf te bedienen elektrische wissels. En
dat decennia lang. Dus ook een keer petje af voor de technici van toen!
Ze kregen het toch voor elkaar om die hoge blauwen dagelijks (snel)
rijdend te houden. Op ansichtkaarten uit de jaren ’40 zie je dezelfde
wagens op het Muntplein op de toen chique lijn 25 staan. Ik noemde al
eens, dat de Remise Lekstraat moeilijker te beloeren was dan de Remise
Havenstraat. Omdat vooral in de winterse tijden de remisedeuren
hermetisch gesloten werden gehouden en de zijramen veel te hoog waren.

We liepen dan maar van de Lekstraat helemaal naar de Amsteldijk om te
kijken of het daar misschien iets beter was. Meestal niet! Door mijn ook
decennia later opnieuw plaatsgevonden introductie bij belangrijke GVB-mannen bleek het ook binnen nog veel spannender dan ik in de 60s kon
bevroeden. Ik vond het in de 90-er jaren nog minstens net zo leuk als in
de 60-er jaren, omdat bijvoorbeeld de leeftijden van het aanwezige
materieel nog spectaculairder waren dan 30 jaar eerder. Voordat de
blauwe wagens op alle lijnen verschenen, was een flink aantal blauwen op
reserve gezet in de Remise Lekstraat. Daar stonden zij dan schots en
scheef in het gezelschap van de 301 en de 1236. In de remise zat ik me
altijd af te vragen of er geen vergeten zolderruimte was waar nog andere
historische trams werden bewaard. Het kan bijna niet anders.........Want
als je goed luisterde dan hoorde je ze rammelen..............
Eventuele fouten voorbehouden
(red.)
 laat een berichtje achter |